Matt Andersen speelde Vrijdag 04 November jl. in LantarenVenster – Rotterdam. Het voorprogramma werd verzorgd door Alan Doyle en zijn trio. Tekst Nicolette Johns met foto’s van José Gallois. Klik HIER om ‘t gehele album te kunnen bekijken.
Na de (voorlopig) tot staan gebrachte de pandemie is het druk in muziekland, héél druk. De bij te wonen optredens volgen elkaar in hoog tempo op; deels veroorzaakt door reeds uitgestelde geplande tours van internationale muzikanten, deels door de nieuw opgezette Europese tours ingegeven door de noodzaak de cash-flow weer nieuw leven in te blazen. Toch zijn er ook nog muzikanten die tijdens de lock down een nieuwe album wisten te produceren en waar nu de wereld weer voor hen openligt om deze met live optredens te gaan promoten. Zo’n muzikant is Matt Andersen die eerder dit jaar Home To Home uitbracht.
Dàt is echter voor later deze vrijdagavond want om bijna half negen is het eerst Alan Doyle en zijn trio die het publiek zullen entertainen.
Alan Doyle is net als Matt Andersen ook Canadees, de 53 jarige uit Petty Harbour afkomstige kerel is niet alleen muzikant en zanger ook is de man acteur, producer én naar verluidt bestsellerauteur. Het meest bekend werd hij echter als de leadzanger van Great Big Sea, waarmee hij de afgelopen twintig jaar vooral in Newfoundland op de bühne stond. Inmiddels heeft de Newfoundlander drie solo-albums op zak waarmee hij de afgelopen jaren rond de wereld toerde. Wij van The Blues Alone? kennen hem niet maar geven de nu al ontwapenende man graag een kans ons mee te nemen in zijn muziekwereld.
Na de uiterst vriendelijke én enthousiaste begroeting horen we dat het in Newfoundland de gewoonte is een ‘nieuw huis’ met een lied – en een glas whiskey in de hand – te eren. Zo’n huis is LantarenVenster in Rotterdam voor Doyle en daarom de a capella uitgevoerde vertolking van ‘Dream Of Home’.
Ik kan de gedachte niet onderdrukken dat dit nummer wellicht een Ierse overlevering is dan wel daarop gebaseerd eigen werk. De man bezit een krachtige stem maar telkens als ik de handen ineen wil slaan om te applaudisseren blijkt er nóg een couplet te komen.
Zanger/gitarist Alan Doyle heeft zijn Beautiful Gypsies meegenomen naar Europa en die – Cory Tetford op vocals en elektrische gitaar én Kendel Carson op vocals en viool – voegen zich voor de opvolger bij de op de akoestische Takamine musicerende Doyle.
We horen een zeer Iers aandoende song genaamd ‘Come Out With Me’ dat van zijn 2015 album So Let’s Go komt en een lekkere binnenkomer is. Iets recenter werk is het werkje ‘We’re Gonna Love Tonight’ dat op Rough Side Out is te vinden, het album werd tijdens de pandemie gelanceerd.
Doyle weet wel de stemming erin te brengen bij de bezoekers en dat alleen al verdient een applaus want men heeft nog maar net de werkweek afgerond. Een mooie viool-solo van de lieftallige Kendel Carson horen we in ‘When I’m Up’, nee bij een optreden van Alan Doyle kan je niet langer ‘down’ en bezwaard blijven, je móet en je zàl als bezoeker monter geluimd het optreden afsluiten!
Een mooi verhaal over de tragedie over vier vissermannen die omkwamen op zee, voor de kust van Fogo Island, Newfoundland die voor hun dood de boodschap in hun zegelgaffel kerfden “Down…Perish.” brengt ons naar het op dit verhaal geïnspireerde zelf gepende ‘Laying Down to Perish’, de harmony-vocals aan het eind is koren op de molen van het nog steeds aanwassende bezoekersaantal.
De songs volgen elkaar in hoog tempo op want vijfenveertig minuten zingen én praten zijn natuurlijk weer zo voorbij. ‘Sea Of Cares’ laat me kennismaken met de niet onverdienstelijke gitaarskills van Cory Tetford op de elektrische Fender maar ook zijn vocals gaan niet aan mijn dovemans oren voorbij.
Uit 2012 dateert ‘Testify’ en is meer mijn ‘cup of tea’, het huist een goede stuwend ritme, waar alweer die Tetford schittert op de Fender, de violiste én haar vocals geven het geheel wat ‘spice’. Ik kan me goed voorstellen dat dit nummer met een volledige band een regelrechte winner is!
De afsluiters ‘Lukey’s Boat’en ‘1,2,3,4’ maken dat Doyle en zijn Beautiful Gypsies de Rotterdam Otto Reuchlinweg gedurende drie kwartier om wisten te dopen tot het Temple Bar District van Dublin!
Ondanks de support-act sta ik toch wat ongeduldig op de man met de imposante stem, het imponerende charisma en het grootse talent te wachten, Matt Andersen! Deze uit Perth-Andover afkomstige Canadees heeft door keihard te werken (> 200 gigs p. jr.) gedurende een dikke twintig jaar zich als bluesgitarist /singer-songwriter weten te profileren als een méér dan behoorlijke live-act zowel in thuisland Canada, de US maar ook zeker in Europa. Andersen mocht al vele awards in ontvangst nemen zoals twee Europese Blues Awards en maar liefst zeven (!) Maple Blues Awards voor o.a. Blues Entertainer Of The Year en voor Acoustic Act of the Year. In Nederland werd hij o.m. door de hulp van Johan Derksen (hij verschafte de Canadees in Grolloo onderdak tijdens de eerste tours door Nederland) al heel snel in de harten van muziekadepten gesloten. Wij van The Blues Alone? waren meteen in de ban tijdens het bijwonen van zijn optreden op Moulin Blues 2015 en waren er ook weer bij in Raalte en Utrecht.
Andersen begon zijn carrière in 2002 bij Flat Top maar het solo optreden heeft toch zijn voorkeur omdat hij dan volledig vrij is en geen rekening met agenda’s van de andere bandleden hoeft te houden zei hij ooit eens in een interview. Dit talentvolle zwaargewicht heeft ook helemaal geen band nodig, zijn stem en zijn eminente gitaarvirtuositeit maken dat de toehoorder daar helemaal niet naar taalt.
Inmiddels heeft Andersen al een flink aantal solo-albums op zijn naam staan waarvan House To House als zijn laatste wapenfeit beschouwd mag worden. Nu bracht deze geweldenaar nog nooit een ‘middelmatig’ album uit en dus is House To House net als alle andere tien albums weer helemaal ‘top notch’!
Half tien is het als de imposante gestalte het podiumtrapje beklimt, er staan een stoel en een kubus met slides en andere gitaarbenodigdheden klaar voor de man die vanavond met o.m. zijn stem het Rotterdamse LantarenVenster zal laten schudden op haar grondvesten.
De blonde viking opent met ‘Take Me Back’ dat uit 2019 (Halfway Home By Morning) dateert en ik schrijf meteen in het notitieboekje de vraag hoe ‘t kan dat ik niet meer bekenden dan de uit België afgereisde muziekvrienden zie? Deze kerel is zó goed, dat wil je toch niet missen? Laten we het er maar op houden dat de blues-adepten naast de kaarten gevist hebben want het is een ‘full house’ in Rotterdam.
‘Tell Me’ dateert officieel alweer uit 2005 maar werd op de schijf gezet in 2007, het is een regelrechte blues-original compleet met slidepartijen, wàt een heerlijk begin van deze show. Nóg zo’n barre slide horen we in de song – ‘I Play The Fool For You’ – wat over die ene vriend met dat vriendinnetje dat niemand leuk vindt handelt en waar vriendschap voor de vriend prevaleert boven het uiten van de waarheid. “Maybe that friend is you” hoor ik Andersen humorvol zeggen. De tekst “my babe, why do you treat me like you do” komt er bijna huilend uit, op mijn armen staan de haren rechtop!
Nee, deze charismatische Andersen is een overtuigend singer-songwriter en bluesgitarist die zonder oeverloos te soleren de toehoorder moeiteloos voor zich weet te winnen. Dat de man ook nog eens behept is met een soulvolle rauwe strot is de bonus waar wij als publiek helemaal niets voor hoeven te doen. Tijdens de pandemie vertelt Andersen ons liet hij thuis een studio bouwen en samen met zijn buurman schreef hij de ultieme “break up song” en opener van het album House To House ‘Other Side Of Goodbye’ waarvoor hij eerder dit jaar de Veronica’s Oorkonde kreeg toebedeeld.
Van Honest Man (2016) komt zijn moeder’s favoriete nummer wat vertelt over dat stukje veilige omgeving, die plek dat vaak aan moeders keukentafel blijkt te zijn. We horen een hartverscheurende uitvoering van ‘Quiet Time’, inmiddels kon de man al na ieder nummer op een ovationeel applaus en waarderend gefluit rekenen maar deze song spant vooralsnog de kroon.
De set-list is lang, er zullen nog vele mooie songs volgen die ik niet allemaal op zal sommen, zo is het uptempo ‘Come By’ (2008) een regelrechte gospel, ‘Wake Up In The Morning’ (inclusief gitaarloopje uit de Pink Panther tune) een song dat luistert als een blues traditional en ‘Coal Mining Blues’ uit 2011 nog steeds het fundament is van de door Andersen goed gebouwde carrière.
Maar zijn eigen interpretatie van Bill Withers’ ‘Ain’t No Sunshine’ trekt de laatste nog niet tot de ‘Andersen-congregation’ behorend belijdend lid over de streep. Ja, over deze vertolking zou Withers verguld zijn geweest, werkelijk hartverscheurend.
Genieten doen de 500 bezoekers van zijn exquise fingerpicking in ‘Make You Stay’. Dat deze artiest pur sang een reputatie heeft dat er nog al eens snaar breekt wordt bevestigd tijdens de vertolking van ‘Honest Man’, improviserend met een praatje over de support-act blijft dit nummer mét of zònder band, mét of zònder blazers kaarsrecht overeind!
Ook vandaag staat ‘People Get Ready’ van Curtis Mayfield op zijn set-list want het nummer kreeg de eer om het nieuwste schijfje House To House af te sluiten. Wonderschoon is het, mede doordat het nummer wordt opgedragen aan de eerder vanmiddag overleden vriend die ooit de eerste was die Matt Andersen betaalde voor een optreden. Ook nu mag het publiek aanvankelijk zachtjes mee neuriën maar kan voluit met de forsere bijval “all on board”.
De verrassing in de set moet toch wel de cover van Bruce Springsteen’s ‘Fire’ zijn, ongelofelijk wat een goed arrangement van het wereldberoemde nummer is dit.
Snaar nummer twee gaat eraan bij de inzet van Devil’s Bride waarna Andersen na het fiksen van de nieuwe snaar kiest voor ‘Broken Man’.
Uiteindelijk wordt tóch vervolgd met ‘Devil’s Bride’ als antwoord op de vele luidkeels geroepen verzoekjes voor het nummer en hierin sneuvelt snaar nummer drie! Ach het is niets te vergelijken met het optreden waarin Andersen ooit 18 nieuwe snaren moest bevestigen op de akoestische Lakewood gitaar vertelt hij ons.
Als de openers op de bühne worden uitgenodigd horen we nog een van mijn persoonlijke favorieten ‘Quarter On The Ground’ waar de bijval van de vocalisten Alan, Kendel en Cory een bijzonder gevoel weten op te roepen.
Dé perfecte afsluiter van een zeer bijzonder concert van Matt Andersen, een man die men met recht een artiest van formaat mag noemen, letterlijk en figuurlijk!
‘Matt Bad-Ass-ersen’ mag natuurlijk niet het LantarenVenster verlaten zonder ‘Wagon Wheel’ te hebben gebracht, we zingen gewillig mee met het refrein.
Matt Andersen, een gigant in alle betekenissen van het woord: geweldige tekstschrijver, kolossaal, grandioze vocalist, enorm charismatisch en een groots artiest!
The Blues Alone? bedankt LantarenVenster voor haar gastvrijheid en de gelegenheid dit optreden te hebben mogen optekenen en fotograferen. Tot de volgende keer!