Het 3e Holland International Blues Festival te Grolloo vond plaats op 8 en 9 Juni 2018. Een verslag van Nicolette Johns met foto’s van José Gallois. Klik hier om het album te bekijken.
Joanna Connor groeide op in Massachusetts niet écht een bluestown, tóch was het daar dat ze de muziek ontdekte. Thuis werd er veel muziek gedraaid waar naar de blues van Buddy Guy en Taj Mahal maar ook zeker rock geluisterd werd. Ze was nog maar een teen-ager toen ze al in clubs in Worcester maar ook Boston met haar eigen band te zien was. De verhuizing naar Chicago was echter haar ‘universiteit van de blues’ zo deelde ze zelfs het podium met Buddy Guy en Junior Wells. Met haar eigen band maakte Joanna aardig wat platen en was vaak ‘on the road’. Toen er kinderen kwamen trad ze alleen nog op in Kingston Mines. Nu de ‘kids’ de deur uit zijn heeft Connor weer tijd op platen op te nemen zoals het in 2016 Six String Stories, haar eerste album in twaalf jaar.
Dit team van TBA? kende wel haar naam en haar werk maar is beniewd naar haar live-performance. De band blijkt slechts te bestaan uit drummer Cameron Lewis en een bassist (naam bij mij onbekend) , de drummer is in de stemming en blijkt gedurende het optreden de aanjager te zijn. We horen ‘Shake Your Moneymaker’ van Elmore James, een messcherpe uitvoering! Connor blijkt een talent te hebben om de blues met een jazzy twist ook door de fantatieke blues-brothers en -sisters te laten omarmen getuige haar interpretatie van ‘The Sky Is Crying’, dit is hemels inderdaad.
Niet alleen haar gitaarspel is aangenaam ook haar stemgeluid is zeer aangenaam om naar te luisteren. De stress van de autorit voel ik van mij afglijden, op de grondzittend geniet ik van deze eerste act van de fantastisch line-up van dit derde HIBF. Connor bewijst dat ze ook het gruizigere werk aankan als ik Albert King’s ‘Born Under A Bad Sign’ herken. Toch had haar geluid wat mooier uitgebalanceerd kunnen zijn maar had Robert Johnson trots op Joanna’s slidepartij in ‘Come On In My Kitchen’ geweest. Deze vrouw die wars is van enige sier aan haar outfit te zien gaat tegen het eind van de set helemaal los op de bass die zij met het plectrum bespeelt waarna er nog een opzwepende drummsolo volgt van Cameron Lewis.
Joanna Connor heeft haar visitekaartje afgegeven in Grolloo, als ik op mijn ‘gut feeling’ afga is dit niet de laatste keer dat wij de gelegenheid hadden deze dame op een vaderlands podium te zien optreden. Het eerste uur is omgevlogen, snel drankmuntjes aanschaffen want het is drukkend warm en er zal veel gedronken moeten worden…..met of zonder alcohol.
Solomon Hicks heeft zijn bijnamen te danken aan zijn fans die hem Koning Solomon gedoopt hebben, maar hij werd ook al Little B.B. genoemd. Deze jonge knaap – hij is nog maar 23 – staat inmiddels bekend om zijn crossover tussen blues en jazz. Solomon stond al op zijn 13e op het podium van The Cotton Club – NY in de rol leadgitarist en leidde maar liefst een 13-koppige band. Inmiddels zijn we negen jaar en een aantal schijfjes verder, de meest recente opname heet Carrying On The Torch Of The Blues (2015) waarop Southside Johnny en Jake Clemons te beluisteren zijn.
Hicks heeft zo jong als hij is al een indrukwekkende c.v opgebouwd zo speelde hij o.m. Lee Ritenour, Mike Stern en Tony Bennett. Hij mocht openen voor Joe Bonamassa tijdens de Blues Cruise. In het najaar verschijnt zijn nieuwe album; het eerste op het befaamde Mascot-label.
King Solomon Hicks wordt hier op het 3e HIBF geflankeerd door niemand minder dan basssit Leo Lyons, een van de oprichters van Ten Years After, drummer is Jerry Bruno en gitarist en 3-voudig Grammy Award winnaar Kirk Yano op gitaar.
Meteen valt op dat het geluid minder blikkerig de tent inkomt; bij de eerste tonen van Solomon Hicks weet ik direct al dat dit een mooi uurtje gaat worden want de jonge, goedlachse knaap uit New York speelt als opener ‘Further Up Down The Road’ gevolgd door ‘Blues At Sunrise’ van Albert King en dat doet hij zo jong al op zijn ‘eigen’ wijze. Soms zijn er van die artiesten die je heel jong ziet musiceren waarvan je weet dat worden grote namen later, Jamiah Johnson, Quinn Sullivan en ook deze King Solomon Hicks – mits goed begeleid – zal zo’n grote naam worden. Mijn goodwill heeft ‘ie in ieder geval al en zo te zien aan de reacties van het 15.000 man tellende publiek wordt hem een succesvolle toekomst van harte gegund.
‘Every Day I have The Blues’ is ondanks dat we dit nummer vaak werd gecoverd toch fris en onbevangen onder de vingers en met de stem van Hicks. Is hij de nieuwe Robert Cray met een vleugje BB King? ‘Bad To The Bone’ een wat ruiger genre van de blues blijkt hij vocaal ook moeiteloos aan te kunnen.
De verrassing van de set is toch wel de afsluiter, een ‘bluesyfied’ uitvoering van ‘Let’s Just Kiss & Say Goodbye’ – omdat z’n meisje verliefd werd op zi’n beste vriend – waarbij ook de niet bluesingewijden mee zingen, een fenomenale blues uitvoering van een ‘middle of the road’ nummer. Rest mij nog de uitstekende begeleiders, Kirk Yano, Leo Lyons en Jerry Bruno te complimenteren op hun support voor de jonge generatie muzikanten.
Hicks heeft bewezen een eclectische muzikant te zijn, hij geeft de blues een moderne melodische lijn, met gevoelige solo’s en vocalen die alleen als blues kunnen worden uitgelegd. De jeugd heeft de toekomst en deze is door King Solomon Hicks voor de blues alvast veiliggesteld. Een dikke pluim aan de heren organisatoren voor het laten kennismaken met deze jonge koning.
Walter Trout stond al eerder op dit HIBF van Grolloo, 2 jaar geleden op precies te zijn was hij een van de mannen van The Supersonic Blues Machine waar we ook Billy Gibbons en Lance Lopez in konden bewonderen. Nu staat hij als zijn eigen man op dit mooie podium; Trout is een graag geziene gast in de bluesrock-scene. Trout speelde in de vorige eeuw met Canned Heat en John Mayall’s Bluesbreakers maar maakte in 1989 de keuze om solo verder te gaan. Zijn album Walter Trout (1998) betekende zijn internationale doorbraak.
Na zijn levertransplantatie schreef hij het album Battle Scarrs en vorig jaar verscheen zijn laatste album We’re All In This Together. Dit album is een all-star project met bijdragen van onder meer John Mayall en zijn eigen zoon Jon Trout. Rond de klok van zes wordt er in een tot de nok toe gevulde tent stevig afgetrapt met ‘I Can Tell’. Walter Trout staat erom bekend dat zijn sets hard zijn, loeihard dus de oordoppen werden al preventief ingebracht.
Ook het door het Nederlandse publiek als ‘Number One Blues Song of All Times’ ‘Say Goodbye To The Blues’ staat op de set-list als ode aan BB King. Trout vertelt voorafgaand aan elke song waarom het geschreven werd. Ik hoor o.a. het stevige ‘Almost Gone’, het bluesy ‘Cold, Cold Ground’. De man lijkt na zijn herstel veel emotioneler dan voorheen, hij is nederig naar zijn publiek en laat ook hier weer de tranen de vrije loop. Via de grote schermen kan ik waarnemen dat Trout zichtbaar met de handen trilt; is het de adrenaline of de kracht die het zijn handen kost nog steeds zo te soleren als voorheen?
We weten het niet, wat we wél weten is dat Trout ook hier in Grolloo door de menigte op handen wordt gedragen, het prachtige ‘Gonna Hurt Like Hell’ – over de behandelingen die hij moest ondergaan en zijn revalidatie die een jaar duurde – krijgt een werkelijk kippenvel genererende B3 solo mee van Sammy Avila. De heer op leeftijd is er nog steeds bij in de band van Trout samen met trouwe drummer Michael Leasure die tegenwoordig samen met Sammy’s zoon Danny Avila de basis van de band, de ritme-sectie vormt.
Van het jongste album ‘We’re All In This Together’ een samenwerking met o.a. Kenny Wayne Shepherd, Warren Haynes maar Eric Gales en Mike Zito horen we de titel-track dat hij samen met Joe Bonamassa op nam. De menigte is inmiddels buiten zinnen en daar wordt nog een schepje bovenop gedaan door de drummsolo van Leasure én de bass-solo van Danny Avila. Als we denken dat de set niet meer overtroffen kan worden nodigt Trout zijn zoon Jon uit om zich bij hem te voegen en samen spelen ze Gallagher’s ‘Bull Frog Blues’.
Wàt een meesterlijke performance van deze top-entertainer, deze gelouterde gitarist heeft alweer een hoop nieuwe bewonderaars erbij. Klasse set van een muzikant die niet zonder applaus kan.
Gitaarlegende Jeff Beck heeft de naam een van de beste gitaristen ter wereld te zijn. Volgens de introductie stond de Engelsman als vijfde in Rolling Stone’s lijst van de ‘100 Greatest Guitarists of All Time’. Overal valt te lezen dat hij op zijn zesde al wist dat hij gitaar wilde spelen nadat hij een electrische gitaar op de radio had gehoord. Beck is autodidact en op vrij jonge leeftijd begon hij in bandjes te spelen om nog meer te kunnen leren maar vooral de perfectie te benaderen.
Beck werd gevraagd om na het vertrek van Eric Clapton deze positie binnen The Yardbirds in te vullen, vervolgens werd hij frontman van zijn eigen Jeff Beck Group waarin ook Ronnie Wood en Rod Stewart speelden……de rest is geschiedenis. Beck is de ontvanger van maar liefst acht Grammy Awards én is Rock ’n Roll Hall of Fame Inductee. Het meest recente album Live At The Hollywood Bowl t.g.v. zijn 50 jarig jubileum als muzikant dateert uit 2017.
Samen met celliste Vanessa Freebairn-Smith, bassiste Rhonda Smith, drummer Vinnie Colaiuta én zanger Jimmy Hall zal Jeff Beck zijn bijzondere vertolking van de blues-rock met de toeschouwers in Grolloo delen. Zelf heb ik Jeff Beck nog nooit live gezien maar ik ben zeer benieuwd naar zijn tremelohendel hantering. (Door de zogenaamde tremelo naar de snaren toe te heffen, creeër je een lagere snaarspanning. Dit heeft als gevolg dat de tonen iets lager worden. Trek je de tremelo van de snaren af dan neemt de spanning op de snaren toe zodat de tonen verhogen.)
Als opener staat ‘Stratus’ op de set-list en met de inbreng van celliste Vanessa Freebairn-Smith klinkt dit nummer heel krachtig in de inmiddels propvolle Pink Galaxy tent waarin 15.000 bezoekers passen. Het Arabisch aandoende intro van ‘Morning Dew’ vind ik wonderschoon en brengt mij naar de wereld van duizend-en-nacht. Mijn eerste ervaring met Jeff Beck life is nú al een memorabele, het is majestueus wat deze Brit hier in Grolloo neerzet.
Maar ook de pluck & slam van ex-Prince bassiste Rhonda Smith is van een andere wereld, een mannetjesputter deze vrouw op bass. Zanger Jimmy Hall, van de jaren ’70 band Wet Willie, zingt vanavond de oudere soul en bluesnummers zoals ‘A Change Is Gonna Come’ van soul-legende Sam Cooke. Zijn uithaal in het nummer resulteert dat de man ‘flat out’ op het podiumdeck belandt….. Beck’s gitaarskills hebben ondanks de leeftijd van de man (73 jaar) nog niets ingeboet en hebben nog steeds een hoog niveau wellicht nóg hoger dan in de zeventiger jaren. Het ritme in een nummer hoeft niet altijd te komen van de drummer bewijst Vanessa Freebairn-Smith als ze de dikke snaren van de cello met de strijkstok ervan langs geeft.
De muziek is betoverend en doet me heel vaak denken aan filmmuziek; het lijkt in het geheel niet of er slechts vier muzikanten op de bühne staan maar een heel orkest…..In de muziek hoor ik suspense en achtervolging, het publiek zijn figuranten in de rolprent. Hoe iedere bezoeker het ook ervaart, ieder gespeeld nummer kan rekenen op ovationeel applaus. In Grolloo geen song van The Yardbirds op het programma maar wél Jimi Hendrix’s ‘Little Wing’ en daarvan mag ik TBA?-er Ton Kok melden dat deze uitvoering zeker zijn goedkeuring had weggedragen. Voor de niet soul- of blues-adept in de tjokvolle tent wellicht een herkenbaardere song ‘Superstition’ van Stevie Wonder.
Jeff Beck haalt ook nog een grapje met generatiegenoot Ringo Starr uit als hij al improviserend ‘A Day In The Life’ van de kevers ten gehore brengt. Jeff Beck, nu al één van de meest memorabele optredens van 2018 die ik heb mogen zien.
Ringo Starr & His All Starr Band komen de eerste dag van deze derde editie van Holland International Blues Festival afsluiten. De ex-Beatle zet al sinds de negentiger jaren van de vorige eeuw diverse line-ups van zijn eigen band – dit is zijn dertiende – neer met bekende en gewaardeerde gastmuzikanten, de bezetting varieert en hangt af van de beschikbaarheid van de muzikanten. Zo maakte eerder al Joe Walsh van The Eagles acte de présence, Paul Carrack, Peter Frampton en zelfs Sheila E. Grote namen als ex-Beatle Paul McCartney maar ook Bruce Springsteen waren twee van zijn ‘special guests’.
Op het HIBF 2018 treedt de oude kever samen met Toto’s gitarist Steve Lukather, zanger/bassist van 10 CC Graham Gouldman, gitarist Colin Hay (Men at Work) en toetsenist Gregg Rolie (Santana) op. Als de set geopend wordt is het Sir Richard Starkey – de man werd eerder dit jaar door Buckingham Palace onderscheiden – die het vocale voortouw neemt met ‘Matchbox’. Dan volgt Starr’s solo-hit ‘It Don’t Come Easy’en inmiddels zijn de dames om, velen zingen uit volle borst(en) mee. Als Graham Gouldman ’Dreadlock Holiday’ inzet is het voor Starr de tijd om zijn ‘stiel’ op te nemen en een robbertje te vechten met de drummsticks.
Het is een strak geregiseerde set, iedere ‘name of fame’ krijgt de spotlight en brengt een gouwe ouwe ten gehore. Zoals Steve Lukather met ‘Hold The Line’ en ‘Rosanna’ inclusief een oorverdovende solo op de gitaar. Als Colin Hay het publiek laat meezingen met ‘Land Down Under’ zie ik de bluesbrothers en -sisters toch veelal de tent te gunnen aan de anderen die wel graag een jaren tachtig sing-a-long als passend zien van een zeer goed georganiseerd bluesfestival. Wij van TBA? vinden deze laatste set, vooral nà Jeff Beck, een gemiste kans van Ringo Starr & His All Starr Band om zich eens van een andere kant te laten zien. Omdat wij graag de ‘high’ van de voorgaande sets niet willen kwijtraken besluiten ook wij de uitgang op te zoeken en de eerste alcoholische versnapering van de dag te gaan halen in het inmiddels wereldberoemde Café Hofsteenge. Morgen weer zo’n memorable dag én een nóg hogere temperatuur!
Lees het verslag en bekijk de foto’s van Dag 2 hier