Een sfeerverslag van het 32ste Moulin Blues Festival te Ospel op 5 en 6 mei 2017. Een verslag van Nicolette Johns met foto’s van José Gallois en Walter Wouters (Blues Harp Explosion). Klik hier om het hele foto-album te bekijken. Clipjes Walter Wouters en Terra Vids.
Na een nacht van weinig slaap melden we ons zaterdagmorgen om half twaalf toch weer monter onder een flauw zonnetje aan de toegangspoort van het Moulin Blues festival terrein. We maken ons op voor een vol programma, veel op het horloge kijken en vooral proberen niets te missen van alle muzikale hoogstandjes die de organisatie voor ons in petto heeft. Ondertussen gaan we proberen voor de innerlijke mens te zorgen, oog voor muziekvrienden te hebben en bovenal gaan we genieten!
Geen idee of onze MC voor dit muzikale week-end op Moulin Blues Wouter Celis a.k.a. Doghouse Sam een lange nacht heeft gehad, hij ziet er in ieder geval ongehavend uit. Belg Celis heeft weer een boel moois voor te lezen en met de leuze “warm weer en koud bier én rhythm & blues” wordt zijn landgenoot geïntroduceerd. Tim Ielegems is de frontman/zanger/gitarist van Shakedown Tim & the Rhythm Revue.
De band bestaat behalve de frontman uit saxofonist Bart Stein, drummer Dennis de Gier en de bassist die onder het pseudoniem Boss de podia beklimt. De mannen brengen zoals de bandnaam al doet vermoeden onversneden swing en boogie, jump-blues en ‘down home’ blues. U als lezer zou Tim Ielegems ook kunnen kennen van zijn band Fried Bourbon die hij samen met o.a. Steven Troch vormde. Ook was deze Belg diverse malen te aanschouwen op het podium met Steven De Bruyn én, de lieveling van onze fotograaf van dienst, Roland van Campenhout. Deze Ielegems blijft echter niet binnen de grenzen van de Benelux musiceren want ook maak hij regelmatig een ‘een-tweetje’ met Fransman Nico Duportal die ook het nieuwste album ‘Hard To Catch’ produceerde.
De prachtige sound van de vintage Esplenada door met de vintage versterker vult al snel de tent met de laatste toeschouwers die buiten nog bevriende bluesliefhebbers aan het begroeten waren. ‘Shakedown’ is de eerste song van de set-list en dat is nu net wat wij als verslaggevers ook van plan waren Tim Ielegems, kom maar op met die virtuositeit, kom maar op met je weergaloze slide partijen……party down! ‘Wiggle Wobble’ wordt door Tim omlijst met de opmerking dat het professionele team in rood op links en op rechts van de tent (de bars) ons kan adviseren hoe het dansen op zijn nummer nóg gemakkelijker gaat. In ‘Red Hair’, een heerlijk ouderwets swingnummer, komt de Esplenada nog meer tot zijn recht. Met zijn Stella gaan we richting Mississippi als we getuige moge zijn van een zeer goede slide in ‘Lovin’ Man’, heerlijk zó komen we in de stemming Tim.
Tel bij die slide de cowbell van drummer Dennis, de saxpartij van Bart en de bassist Boss die de sambaballen hanteert en u als lezer weet dat deze verslaggever haar heupen niet meer bedwingen kan. Als het te warm wordt voor een jasje en Tim de Esplenada er weer bij pakt is de tijd aangebroken voor een slow blues en ook dit wordt tot in de finesse beheerst. Shakedown Tim & the Rhythm Revue een topband die zeer zeker niet de laatste keer op een toonaangevend festival zal staan!
Rond lunchtijd zetten we ons in beweging om de oversteek naar de Juke Joint te maken want daar treedt vandaag als eerste Lance Canales & the Flood op. Flood als in overstroming aan muzikaliteit of overstroming van de zintuigen? Hoe dan ook, de bassist van dienst is eigenlijk iemand die weet hoe hij een overstroming moeten keren want hij komt uit 0ns eigen Dordrecht. Ronald Tilgenkamp, ook bekend van het Dry Riverbed Trio, is de uitverkoren man die Lance Canales op zijn toer door Nederland mag begeleiden. Eerder meldde TBA? dat het optreden van deze Lance Canales op Ramblin’ Roots 2016 niet hadden bijgewoond werd en dat was volgens onze bluescollega Walter Wouters een gemiste kans dus vandaag zijn we zelfs vóór aanvang voor het podium te vinden.
Al snel wordt ik groot fan van Lance, de man die uit Californië afkomstig is en een mix van Indiaanse/Mexicaanse ouders. De vrouwelijke lezers onder u vormen zich wellicht al een beeld…….inderdaad de man is prettig om naar te kijken. Maar ik zou Lance verschikkelijk tekort doen als ik het daarbij laten, de man is het ‘lovechild’ van Waits en Cash…….wàt een geweldige stem heeft deze overigens zeer nederige muzikant. Hoe hij de lage registers van de toonladder haalt blijft een raadsel maar hij blijft loepzuiver! Ook zijn gitaarspel is niet te versmaden.
Twee nummers in de set wordt al de harmonica beugel omgehangen maar daarop deze keer geen blues-harp maar een kazoo, we horen ‘Rider Man’ , Junior Wells’ ‘Hoodoo Man Blues’ een geweldig nummer maar naar mijn smaak is deze slow blues te vroeg in de set geprogrammeerd want in de Juke Joint heeft een muzikant slechts een klein half uur om het publiek aan zicht te binden voordat men zich verplaatst naar de grote tent. Drummer van dienst heet Daniel Burt en zingt ook zo nu en dan. Als Canales zijn nummer ‘The Farmer’ introduceert horen we dat ook hij als jongetje van zes al begonnen is met op het land te werken, zoals bijna al zijn familieleden.
‘Death Have No Mercy’ is ook weer zo’n nummer dat aan hoort als een protestsong. Als Lance (*31.05.1971) met ons deelt dat hij überhaupt niet in Europa zou optreden zonder de hulp van goede vriend Jimmy LaFave, hij was het die samen met Lance geld inzamelde op de omgekomen nooit benoemde Mexicaanse slachtoffers van de vliegtuig crash bij Los Gatos een monument te geven, schiet hij vol omdat Lance bij zijn terugkeer wellicht bezweken is aan de slopende ziekte die kanker heet.
We horen Woody Guthrie’s ‘Plane Wreck At Los Gatos’ ook wel Deportee in de volksmond op een zeer, intense, passievolle manier vertolkt worden. Ja, dit is waarom Moulin Blues zo’n goede naam heeft, telkens weer mag ik een mooie ontdekking doen. Deze keer kiezen de verslaggevers ervoor om gedurende het gehele optreden van Lance Canales & the Flood in de Juke Joint te blijven ondanks dat inmiddels volgens het programma in de grote tent alweer een andere band is gestart.
We genieten van Lance, mijmeren mee over de landwerkers, het politieke klimaat wat er nu heerst in Californië en we gaan eruit met de meegebrachte cigar-box. Ook hiermee krijgt Lance al vooraf het bespelen de handen op elkaar. Na afloop van de show schaffen we gretig zijn 2 meegebrachte albums aan. Dankbaar ben ik de programmeur die ieder jaar weer zijn nek uit durft te steken om een bijzondere act te durven boeken. Lance Canales & the Flood zijn langs vele zalen gegaan tijdens deze tour maar mijn ‘guts’ zegt dat dit niet de laatste keer dat deze man Europa aan zal doen. Gaat dat zien en u zult overstroomd worden met zindere blues en roots, muzikaliteit, authenticiteit maar vooral passie. In een woord prachtig!
De volgende act in de grote tent, die als Blues Caravan 2017, door Europa trekt wordt door hun platenbaas Thomas Ruf op de site als volgt geïntroduceerd: “Take a floor-filling London soul man. Add a golden-voiced Southern States storyteller. Throw in a fast-rising Philadelphia based singer/saxophonist. Then hold on to your hats. The legendary Blues Caravan is coming to your town in 2017 – with a three-artist bill that promises fireworks.”
Nu heeft dit setje verslaggevers al een van de drie solisten zien optreden en ik moet zeggen dat de pr-machine van Ruf-records heeft het wel bij het rechte eind dit wordt vuurwerk maar dan wel in hapklare bluesbrokken want het zal nergens vernieuwend blijken maar wel een show met een hoog entertainment gehalte.
De soulman uit London is Si Cranstoun, de verhalenverteller uit het zuiden van de VS heeft Big Daddy Wilson en de opkomende ster uit Philadelphia is de lieftallige Vanessa Collier.
De band bestaat verder uit bandleider, bassist Roger Inniss, gitariste Laura Chavez wordt vervangen door Italiaan Cesare Nolli die we ook eerder bij Brews-n-Blues al Big Daddy Wilson zagen begeleiden en de Finse drummer Markku Reinikainen.
Een internationaal gezelschap dus deze Blues Caravan van 2017. Het moet gezegd, de band trekt een behoorlijk aantal toehoorders. Het is afwisselend maar het is vooral entertaiment van de eerste orde.
Eerlijk gezegd behelst de set niet veel verrassingen al is het optreden van Vanessa Collier wel een mooie afwisseling van de gitaristen en blues-harpisten zéker wanneer zij op de rand van het podium gaat zitten en daar een fikse portie jazz de zaal in katapulteert. Vanessa blaast niet alleen een fikse saxofoon solo maar zingt ook niet onverdienstelijk, soms funky, soms jazzy maar ook de blues kan deze frêle dame aan.
De energie in de set komt echter van de spring-in-‘t-veld Si Cranstoun, zijn performance is een mix van zijn invloeden Jackie Wilson, Sam Cooke en Big Joe Turner. Deze veertig jarige weet inmiddels wel waar hij de mosterd haalt want Si is een graag geziene gast op menig Rockabilly Riot. Toch hoor ik bij ‘I’m Running’ een beetje de reggae door die deze Londonder van vader meekreeg die een promoter van Jamaicaanse muziek was in de zestiger jaren van de vorige eeuw was. De man zingt zo gemakkelijk alsof het hem helemaal geen moeite kost. Dit is muziek waar je niet bij na hoeft te denken, verstand op nul en gewoon ervan genieten of niet.
De band levert een puik staaltje begeleiding onder de bezielende leiding van de 6 snaren beroerende Roger Inniss. Roger is bij het grote publiek natuurlijk bekend uit de band van Erja Lyytinen maar ook zeker uit de band van Laurence Jones die inmiddels met een verjongde band de podia plat treedt. De Leeuw is los op MB 2017, de hele zaal danst en zingt mee.
Inmiddels is het bijna drie uur en wij besluiten even uit te blazen boven een broodje naar keuze uit het ruime aanbod in de immense eettent die ook op het terrein is opgesteld. Lang kunnen we niet blijven want op het menu van MB 2017 staat een van onze oude bekenden Lurrie Bell & his Chicago Blues Band, wij zagen Lurrie ooit met zijn vader blues-harpist Carey Bell († 06.05.2007) in Chicago, hij staat op het punt het publiek in de grote tent zijn versie van de Chicago blues voor te schotelen. Lurrie Bell (13.12.1958) heeft in 2014 de Blues Music Award voor de ‘Song Of The Year’ en in 2015 mocht hij de Blues Music Award voor ‘Traditional Blues Male Artist’ in ontvangst nemen.
Lurrie Bell speelt niet alleen de blues, helaas is hij de personificatie van de blues. In zijn twintiger jaren werd bij Bell manisch depressiviteit vastgesteld en twee decennia lang veruilde hij instituten voor de straat en vice-versa, hij raakte verslaafd en dakloos en in de negentiger jaren bezat deze man die het podium had gedeeld met Willie Dixon zelfs geen eigen gitaar meer. Deze man die alweer zo’n 52 (!) jaar de gitaar als zijn vriend noemt kende niet alleen verslavingen maar hartzeer, toen Lurrie de liefde van zijn leven artiestenfotografe Susan Greenberg leerde kennen bokste hij het voor elkaar om eindelijk clean te blijven. Zij kon hem helpen omdat ook zij geestesziek was; zij zorgde dat hij zijn medicatie op tijd nam en gaf hem regelmaat.
Het stel kreeg een tweeling maar deze twee meisjes bleken niet gezond en verloren het leven, gelukkig kreeg het stel nog een dochter. Helaas voor Lurrie bleek zijn vrouw geen lang leven gegund te zijn, zij bezweek aan de gevolgen van kanker in hetzelfde jaar (2007) dat zijn vader overleed. De neerwaartse spiraal is met behulp van huisvriend van de familie Billy Branch doorbroken door Bell te vragen te participeren in de Chicago Blues Revue. Op Blues Peer van 2014 vond ik deze virtuose gitarist nog niet ‘erbij’ maar zijn blik naar zijn toehoorders in de grote tent van het MB 2017 lijkt iets beter dan toen. De vingers worden losgemaakt met een instrumentaaltje en het tweede nummer is eerste klasse Chicago Blues ‘Every Day I Have The Blues’ maar toch lijkt het of hij op de automatische piloot staat te spelen.
Muzikaal klinkt het allemaal lekker maar toch zie ik dat hij bij tijd en wijle de microfoon moet zoeken. Zijn gitaarspel doet nog steeds niet onder voor zijn spel in de hoogtij dagen van zijn bekendheid maar er zit ietwat sleet op, het niet altijd even zuiver maar toch verbaast hij me weer met zijn souplesse. De band bestaat uit ook een oude rot in het vak George Hicks op de Hammond, Melvin Smith – bass en ‘best dressed man of MB 2017’ Willie Hayes op drumms die Kenny Smith op tour vervangt.
Jammer want ik had graag Kenny ‘Beedy Eyes’ Smith weer eens aan het werk gezien. Willie Hayes en consorten kwijten zich fabuleus van hun taak maar wij moeten helaas deze set voortijdig verlaten om naar het tweede optreden van een trio in de Juke Joint te gaan kijken en luisteren.
In de Juke Joint zullen Frank Goldwasser a.k.a. Paris Slim en Pieter van der Pluijm a.k.a. Big Pete samen met drummer Joost Tazelaar beginnen aan hun set. Ze staan als The Paris Slim – Big Pete Lowdown Trio twee keer op het programma van de Juke Joint aan de Meijelsedijk. Wij zijn aanwezig bij de tweede set van deze dag. Eerder vandaag hoorden we al van enkele blues-brothers dat we deze combinatie van artiesten niet mochten missen want de eerdere optredens in het land deden al velen harten sneller kloppen door de synergie die op het podium ontstaat als dit trio speelt. Paris Slim die de grondlegger is van de gelegenheidsformatie The Sultans of Slide is een van de drie sultans die samen met Monti Amundson en Henry Cooper de snaren beheersten als waren zij hun onderdanen, zij bedreven de liefde met de 6 onderdanen, hun lief, hun zaligheid.
Vandaag is Frank Goldwasser die zijn bijnaam Paris Slim dankt aan het feit dat hij in 1960 in Parijs geboren werd in het gezelschap van een ‘bijna’ homie, blues-harpist/zanger Big Pete van der Pluijm en drummer Joost Tazelaar die een reusachtige bass-drumm heeft mee moeten slepen naar de Ospelse weide. Het lijkt wel een tamboer uit de fanfare; als het maar klinkt toch?
De set begint met twee lekkere up-tempo nummers ‘Promised Land’ wordt gevolgd door ‘Seems Like You Just Don’t Care’ onderwijl hoor ik van de fotograaf dat het embleem op de Guild van Frank het stadsembleem van Parijs is……bespeur ik nu een klein beetje chauvinisme? Frank Goldwasser die alweer een kleine dertig jaar in Californië resideert heeft een stem die niet onder doet voor enige Afro-Amerikaan, heel donker en vol klinken zijn vocalen. Zijn gitaarspel op de Guild is bovendien ook nog eens van superieure kwaliteit. Tel daarbij de blues-harp klanken van Neerlands trots Big Pete op, Pieter van der Pluijm werd als een van de weinigen niet-Amerikanen getekend door het platenlabel Delta Groove en bracht daar ‘Choice Cuts’ uit, en u als lezer weet dat ik naar een zinderende set sta te kijken. Jammer dat we Big Pete weinig hebben kunnen zien de afgelopen jaren maar daar komt dit festivalseizoen verandering in, zo zal hij op diverse podia (Ribs & Blues en Blues Peer) te aanschouwen zijn als hij met de band van zijn grote voorbeeld Lester Butler, The Red Devils, zal gaan touren. Ondanks dat de temperatuur in de Juke Joint tot boven de twintig graden is gestegen staat het kippenvel mij op de armen van de vertolking van Little Walter’s ‘Blues With A Feeling’. A feeling all right, but a nice one!
Als Big Pete het podium verlaat bouwen Paris Slim en Joost Tazelaar hun eigen feestje, zo waanzinnige gitarist deze Slim!
Harmonicaheld Billy Boy Arnold’s ‘She Fooled Me’ mag natuurlijk ook niet ontbreken maar als Hipshake/Shake Your Hips van Slim Harpo ten gehore wordt gebracht laat de fotograaf de camera voor wat zij is en schudt zijn heupen dat de blues-brothers er al klappend om heen komen staan
. Niet alleen de buitentemperatuur stijgt maar ook de geestelijke temperatuur wordt naar de hogere regionen gestuwd door dit fantastische trio. ‘All Night Long’ is uitgekozen om aan deze geweldige set een einde te maken. Wij zijn getuige geweest van een hele goede set en eerlijk gezegd kunnen we niet wachten tot Pinksteren als Big Pete met The Red Devils acte de présence op Ribs & Blues zal geven. Het was een fijn weerzien!
De volgende artiest die in de grote tent staat te spelen deed bij mij eerlijk gezegd geen belletje rinkelen. Het aanstormed talent Davy Knowles lijkt in het geheel niet meer op zijn promo-foto. Deze uit Groot Britannië afkomstige jongeman wordt door Gibson Guitars als de nieuwe revelatie gezien. Zij plaatsten hem op de zesde in hun Top 10 van hedendaagse blues gitaristen. Een opsteker lijkt me voor een kerel die nog maar 6 dagen de drie in zijn leeftijd schrijven moet. Davy Knowles heeft eigenlijk de blues met de paplepel in gegoten gekregen het veelvuldig meeluisteren naar vader’s voorliefde voor de Dire Straits zette Knowles er toe op de gitaar in huis op schoot te nemen en simpelweg proberen op gehoor mee te spelen.
Knowles is beïnvloed door de Engelse/Ierse blues-scene zoals John Mayall, Rory Gallgher en natuurlijk Eric Clapton. Ondanks dat de temperaturen buiten flink opgelopen zijn zorgt de hartverscheurende blues-rock van Davy Knowles ervoor dat de tent tot aan de nok toe gevuld is. Wij hebben niet de hele set meegemaakt maar als ik mijn festival-vriendin mag geloven heeft zijn vertolking van Crosby’s ‘Almost Cut My Hair’ voor flink wat nieuwe fans gezorgd.
Persoonlijk vind ik het wel fris klinken, de jongen heeft een goede stijl van spelen en ook zijn podiumpresentatie is heel aangenaam. Zijn stemgeluid kan me nog niet helemaal over de streep trekken maar dat de pianist de ruimte krijgt om een jazzy einde aan een zeer energieke set te maken vind ik toch wel dynamisch. Davy Knowles een naam om zeker te onthouden!
We gaan weer richting Juke Joint want daar staat Fred Eaglesmith uit Canada te gebeuren. Het Fred Eaglesmith trio bestaat uit vrouwlief Tif Ginn die meerdere instrumenten bespeelt en een upright-bassist waar ik de naam niet van meegekregen heb. Het trio brengt country en Americana met een twist. Voor de twist zorgt vooral vrouwlief die ik in een kleine drie kwartier vier instrumenten zie bespelen en een hele goede stem heeft…….niet alleen een mooi blondje dus!
De dame in een country-outfit mét stilletto hakken begint aanvankelijk op de ukele maar ruilt deze al snel in voor accordeon. Ook op dit instrument staat zij haar vrouwtje. De up-right bassist is in zijn eigen 4-snaren wereldje, hij neemt weinig deel aan de show die voor onze ogen voltrekt. De tekst van ‘I Like Trains’ van het 1996 album Drive-In Movie heeft veel rijm maar toch kan ik ook genieten van de tekst “I like trains, I like sad trains, I like trains that whisper your name”. Ja, Eaglesmith doet zijn reputatie eer aan want hij schrijft teksten die begrepen worden. ‘I’m Dangerous’ komt van een recenter album, 6 Volts (2012) en ‘Freight Train’ is ook weer van Drive-In Movie.
Inmiddels speelt zijn mooie echtgenote al staande de snare drumm en ze ramt de cymbalen zo hard dat ze tussentijds aangedraaid dienen te worden. Samen met de fotograaf geniet ik van de stem van Eaglesmith, een lichtere variant op Waits. Fred is een entertainer, vrijwel ieder nummer wordt omlijst door een anekdote en heeft daarmee de goodwill van zijn toehoorders.
Natuurlijk verdringen de fotografen zich om het mooiste shot van Tif Ginn te maken maar ik ga ervan uit dat zij slechts hij souplesse op de instrumenten willen vastleggen. En ik? Ik zit in de rollercoaster dat ‘feest der ontdekking op MB’ heet. Alweer een mooie ontdekking op deze tweede dag van de 32e editie van Moulin Blues!
Southern Avenue, die nu in de grote tent staat geprogrammeerd, is een jonge band uit Memphis bestaande uit de zusjes Jackson. Tierinii Jackson is de vocaliste en zusje Tikyra Jackson zien we op de drumms, de bassist van dienst is Daniel McKee, de Israelische Ori Naftaly is de gitarist én we zien Willem van der Schoof op de Hammond.
Zoals u als lezer van mij weet draag ik de nieuwe generatie muzikanten een warm hart toe want zij zijn de toekomst zéker nu er zoveel oudere gevestigde namen ons ontvallen.
Bij het openingsnummer ‘I Feel Fine’ zijn de vocalen nog niet helemaal optimaal in de tent te horen, wat wél goed in mijn gehoor klinkt is de Hammond solo van Willem van der Schoof……..om van te watertanden. Wij als verslaggevers hebben Southern Avenue al vorig jaar op Gevarenwinkel (B) mogen ontdekken maar ik kan u zeggen dat de band gegroeid is. Het loopt allemaal nog soepeler als de eerste keer dat zij in Europa optraden.
Zangeres Tierinii wordt door vele mannen rondom mij genoemd als de nieuwe Tina Turner, ik snap wel waar dat vandaan komt. Tierinii gebruikt heel bewust haar looks en danst er in haar hot-pants lustig op lust. Het kokette meiske heeft een ‘truck load’ aan charisma. We horen een ‘blend’ van gospel, r & b, soul en natuurlijk blues. Dat Southern Avenue een platencontract bij Stax Records in de wacht kon slepen is niet zo verwonderlijk als u bedenkt dat de band is genoemd naar een straat in Memphis die naar het zogenaamde ‘Soulsville’ leidt. Stax Records is gesitueerd in? U raadt het al Soulsville!
De band brengt een bloemlezing van haar album met dezelfde titel als de bandnaam. We horen o.a. ‘Don’t Give Up’ en ‘What Did I Do’ van dit album en appreciëren de vingervlugheid van de nog jonge Ori Naftaly op de snaren. Gelukkig wordt het stemgeluid van Tierinii Jackson deze keer niet geteisterd door een fikse verkoudheid zodat ik u kan melden dat dit hittepetitje vocaal behoorlijk haar vrouwtje staat……My Black Pony zal ik maar zeggen. Een zeer overtuigende set van deze Southern Avenue.
Na weer een hapje gegeten te hebben zijn we weer aangekomen in de Juke Joint waar we Woody Pines gaan zien optreden. We arriveren als de man uit Nashvill-Tennessee net een nummer van Mississippi John Hurt vertolkt, de pedal steel bespeeld door Adam Kurtz komt recht het hart binnen kan ik u melden.
Voeg daarbij de blues-harp op de beugel van Woody Pines en u heeft het perfecte nagerecht van een kleine maaltijd. Cameron Carras kwijt zich op de up-right bass ook heerlijk van zijn taken. ‘It’s Hard Luck Some Time’ is een geweldige song, de sound van Pines’ vintage gitaar is een genot voor het oor.
Overigens is deze oude resonator zo gesleten dat ik de makelij zelfs mét leesbrilletje voor u lezers niet kan ontcijferen. Een goede set maar toch had ik na alle ophef gelezen te hebben meer van zijn optreden verwacht.
Als we bij Kirk Fletcher en zijn band binnenkomen worden we meteen ingepakt door zijn versie van hometown blues met een dikke Ronnie Earl invloed. De B3 is werkelijk fantastich, maar u als trouwe lezer weet dat ik heel erg van Hammond houd en als er dan zo’n muzikant als Cédric Le Goff op zit te spelen dan maakt mijn hart een sprongetje.
Kirk Fletcher is niet zomaar een gitarist die is gaan zingen, ook al toont hij bescheiden hij heeft wel met de groten gespeeld. Hij speelde o.a. bij The Fabulous Thunderbirds maar ook bij de grote Charlie Musselwhite, was een veel gevraagd studiomuzikant en startte een aantal jaren geleden zijn eigen band. Kirk Fletcher speelt de blues zoals hij bedoeld is; gevoelig maar tegelijkertijd heel ruig……Kirk Fletcher is de ‘Bending Strings Master’!
‘My Heart Is In Misery’ krijgt een ovationeel applaus met name voor de zeer uitgesponnen solo. Dat is waar Kirk Fletcher naar mijn idee zichzelf nog wel eens in verliest…..te weinig vocals en teveel noten in zijn solo’s maar over het algemeen is hij een eerste klas muzikant. Elmore James ‘Baby’s Gone’, het tempo gaat omhoog en de Leeuw (bier) is los met de B3 die maar liefst tien minuten zijn groove over de Meijelsedijk uitspreidt en speciaal voor dit bassmeisje krijgt het publiek ook nog een pluk en slam sessie van een dikke acht minuten van bassist Kris Jefferson.
Fabrice Bessouat is overigens de eminente drummer die samen met Jefferson de ritme-sectie vormt. Oh, wat houd ik van die jazz-invloed die Kirk op zijn Fender Stratocaster laat horen.
Dat toetsenist Cédric niet alleen zijn weg weet op de toetsen benadrukt hij als het funky ‘Fire On The Bayou’ zingt, ik zeg “Neville Bros. Revisited”; fijn, heel, heel fijn! Het zal door iedereen anders ervaren worden maar het feit is wel dat deze set van Kirk Fletcher en zijn band bijna de perfectie benadert. Nérgens laat Fletcher een steekje vallen, de snaren worden voor 100% beheerst. De bijval van het publiek lift de band naar nog hogere sferen…..Wij zijn getuige geweest van een subliem optreden van Krik Fletcher maar moeten ons weer melden in de tegenover gelegen tent.
In de Juke Joint vindt het eerste van twee optredens plaats van Grunting Pigs. Een naam die hopelijk niet op hun muziekstijl slaat. Muziekstijl van Mátyás Pribojszki vocal/blues-harp en Ferenc Szász vocals/gitaar. Deze akoestische gitaarblues met de stuwende sound van de blues-harp komt uit Hongarije. Mátyás Pribojszki en Ferenc Szász zagen we recentelijk nog samen mét band op de Southern Blues Night van Heerlen optreden en daar gaven zij hun visitekaartje van volwassen blues af.
Mátyás Pribojszki zal voor de échte bluesliefhebber van buiten de lijntjes kleurende musici geen onbekende naam meer zijn, waarschijnlijk is hij het meest bekend van zijn samenwerking met Ripoff Raskolnikov. De set bestaat o.a. een vertolking van ‘King Of The Jungle’ een bijzondere uitvoering mag ik melden. Ferenc Szász is een akrobaat met de snaren, hij zou zo maar van Django Reinhardt af kunnen stammen zo flexibel als deze man zijn snaren bespeelt is van ontzagwekkende klasse.
We horen een zo opzwepend blues-harp swing nummer dat de gitarist maar met moeite op zijn stoeltje kan blijven zitten, hij hangt als het ware boven de zitting. Ook het publiek heeft moeite niet te bewegen, heerlijke roots-blues uit een land waar de muziek in een hoog vaandel gedragen wordt. Dit setje verslaggevers moeten jammergenoeg ook deze set voortijdig verlaten willen wij een mooi plekje bij een van de grootste namen op dit festival garant stellen.
Voor aanvang staan we dus al dicht aan het podium opgesteld voor Doyle Bramhall II, de tent is vol met nieuwsgierigen. Slechts tweemaal eerder is de man te zien geweest en dat ik al zeker weer 10 jaar geleden. De meeste toeschouwers willen zo dicht mogelijk de linkshandige/up-side down gitarist bekijken. Ik vind mij omringd met zéker 5 professionele gitaristen; gaan zij leren of net als ik bewonderen? Doyle Bramhall II is vooral bekend als de sideman van Eric Clapton, waarmee hij meer dan 10 jaar samenwerkte. Bramhall’s II unieke gitaarspel is te horen op Clapton’s albums zoals Me And Mr. Johnson en Searching For Robert J.. Daarnaast was de Amerikaanse gitarist de rechterhand van Roger Waters tijdens The Flesh Tour. Bramhall heeft de volgende begeleiders meegebracht naar Ospel; op drumms zien we een bekend gezicht, het is Anthony Cole die we kennen van zijn werk bij J.J. Grey.
De Marcel Veenendaal look-a-like is de gitarist, toetsenist én vocalist en stapt door het leven als Adam Minkoff en de bassist heet Ted Pecchio die trouwens ook zijn portie vocalen voor zijn rekening neemt. Natuurlijk zullen we vanavond getuige zijn van een aantal nummers van album Rich Man uitgebracht in 2016 en het resultaat is van een muzikale maar ook zeker spirituele reis door India en Afrika.
Na het, hoe kan het ook anders, Indiase aandoende intro van de show wordt de set wordt geopend op de B6 Baritone Duesenberg ‘My People’. De Fender krijgt de spotlight in ‘Come On Now Babe’ waarbij de vette electrische orgel van Adam Minkoff een bonus is! Deze Bramhall II toont zich keer op keer perfectionist als hij kleine wenkjes naar de ‘wingman’ en mede-muzikanten maakt over het geluid want nog niet helemaal optimaal is. Bij het ‘Keep On Dreamin’ ‘ kan ik het niet helpen dat ik mijmerend aan mijn jeugd terug denk. De funky groove van de song samen met Doyle’s vocalen zijn hemels! De synergie met Anthony Cole en Adam Minkoff is fenomenaal om mee te mogen maken. Al kauwend op zijn blauwe bubble-gum lijkt het allemaal zo makkelijk eruit te komen, zijn souplesse op de snaren, het jongleren met zijn pic tussen het spelen door.
De man haalt met gemak de hoge registers en wordt daarin uitgedaagd door Adam Minkoff die nóg hoger zingen kan wat kan rekenen op een lachje van frontman Bramhall de tweede. Er wordt een crème Fender aangereikt als we ‘Hands Up’ te horen krijgen, een nummer wat mij toch weer een beetje aan de North Mississippi sound doet denken.
Niet alleen zijn de composities hoogstaand maar ook met de teksten wil Doyle blijkbaar een boodschap aan de wereld af geven “ain’t no time left to waste, when are you gonna come to your senses”. Ook een cover shuwt Bramhall niet als hij mij verrast met Johnny Guitar Watson’s ‘I Want To Ta Ta You Baby’ maar dan wel in een Brahall jasje. Het ruigere werk komt met ‘Mama Can’t Help You’ waar alle bandleden voor de vocalen zorgen en Minkoff een handje toesteekt op de bloedrode Gibson.
Als Bramhall van zijn ‘wingman’ de blauwe Fender met capo aangereikt krijgt wordt hem ook toegefluisterd dat er slechts 25 minuten resteren, de set startte met een vertraging van een dikke 10 minuten, toont hij zich lichtelijk teleurgesteld maar laat ons nog genieten van een werkelijk waanzinnig gedirigeerd effect met zijn versterker.
Natuurlijk kan het publiek na zo’n bijzonder optreden er geen genoeg van krijgen……..er wordt om een toegift gescandeerd en die komt o.a. in de vorm van ‘Green Light Girl’ een zeer up-tempo ouder nummer van Doyle uit 2001 (album Welcome) en is nóg immer een winner! Wàt een geweldige show heeft de organisatie van Moulin Blues 2017 hier binnen weten te halen, wat een perfectie, wat een majestueuze set, een set om nog lang over na te praten!
De laaste introductie van onze MC Doghouse Sam is voor drie mondharmonica specialisten, de een wat ouder dan de ander, de een wat succesvoller dan ander maar allemaal delen ze de passie voor de blues-harp. We worden door Wouter Celis bijelkaar geroepen met “cool cats and satin dolls” want het is tijd voor het “het kattig ding, de mondharp” Blues Harp Explosion! Deze samenwerking is geïnitieerd door de jongste blues-harpist van het stel de Brit Giles Robson. Hij nodigde de Amerikaanse James Harman en Magic Dick uit voor een tour langs de toonaangevende podia van Europa.
Giles Robson is nu zo’n twee jaar regelmatig in ons land te vinden aanvankelijk met de Dirty Aces, echter zijn album For Those Who Need The Blues uitgebracht bij het Nederlandse platenlabel V2 in 2016 bracht hij onder zijn eigen naam uit waarna hij nu ook als zijn eigen man de podia beklimt.
Zijn band bestaat uit gitarist Andy Knight, bassist Jeff Walker die we o.a. kennen van de London Blues Band en van zijn tijd bij Matt Schofield, hij vormt samen met drummer Darren Crome de ritme-sectie.
Het klinkt in het geheel niet door in het samenspel dat deze band nog maar sinds vorig jaar oktober samen optreden, het loopt allemaal op rolletjes. De bijzondere synergie tussen de mondharmonica en zang van Robson en de band maken dat zij zich in een klein jaar een veel gevraagde gast op menig podium zijn geworden. Het eerste half uur is voor Giles Robson zelf gereserveerd; we horen o.a. de slow blues ‘Star A War’ en ‘Summa Of That Good Stuff’……..
Het moet gezegd het zelfvertrouwen druipt er vanaf, deze 4-eenheid is zo ontzettende gegroeid! Natuurlijk ook op MB 2017 weer de ‘The Train’ op de blues-harp, u als trouwe lezer weet inmiddels mijn mening hierover dus ik zwijg. Dan wordt het tijd voor Magic Dick, hij werd in de zestiger jaren bekend doordat hij deel uitmaakte van de J. Geils Band. Als na de introductie van Giles Robson blijkt dat Magic Dick niet heel erg alert in de coulissen verbleef is zijn start ronduit rommelig.
Er wordt nog immer in de harpkoffertje naar de juiste toonhoogte gezocht als de muziek allang is afgelopen. Als de man zijn magie ietwat terugvindt bij de vertolking van ‘Highway 49’ ben ik er al niet meer helemaal bij……..het volle programma begint z’n tol te eisen en de fotograaf kan de armen niet meer oplichten.
We besluiten niet te wachten op het verloop van de set en James Harman maar langzaam ons week-end onderkomen op te gaan zoeken maar blijkens het nieuws van bluescollega en vriend Walter Wouters hebben we een geweldige apotheose gemist.
Moulin Blues 2017 werd afgesloten met een ‘Big Bang’; niet één, niet twee, niet drie maar vier blues-harpisten want ook onze eigen Pieter ‘Big Pete’ van der Pluijm wordt uitgenodigd om de finale te blazen van dit zeer geslaagde festival…….gelukkig hebben we de foto’s van Walter Wouters nog!
Organisatoren van Moulin Blues 2017 van ganser harte bedankt voor de gastvrijheid, de ontdekkingen die wij door jullie programmering hebben mogen doen. Het rode team, de opbouwers, stichting Moulin Blues onze complimenten voor jullie niet aflatend enthousiasme!
Graag ziet The Blues Alone? u allemaal terug op de 33ste editie van Moulin Blues te houden op 4 en 5 mei 2018.
Lees het verslag en bekijk de foto’s van Dag 1 van het Moulin Blues 2017 hier.
Lance Canales & The Flood:
Fred Eaglesmith:
Grunting Pigs:
Southern Avenue:
Kirk Fletcher:
Geweldig verslag, prachtige foto’s.
Dank!