Op 8, 9 en 10 juni vond de 23e editie van Ribs & Blues, het grootste gratis open-air festival van Europa, plaats in Raalte. (Her)beleef de festivaldag van eerste Pinksterdag zondag 09 Juni 2019 in Raalte mee in ons sfeerverslag waarvan de teksten zijn geschreven door Giel van der Hoeven en Nicolette Johns. De foto’s zijn van Gerrie van Barneveld en José Gallois, klik HIER om zijn gehele album te bekijken.
Nona is de opener van de tweede festivaldag waarop maar liefst dertien verschillende bands te zien zullen zijn. Nona van der Wansem is een getalenteerde zangeres uit het zuiden van het land, Uden nou ja eigenlijk Odiliapeel. Ze studeerde aan de Herman Brood Academie muziekmanagment maar schreef al sinds jonge leeftijd teksten.
Muziek was in huize van der Wansem altijd aanwezig doordat haar ouders een platenzaak in Uden bestierden. Nona is nog maar 25 jaar maar haar rauwe stemgeluid doet denken aan de grote soulzangeressen van vroeger maar ook doet haar stemgeluid bij tijd en wijle wat aan dat van Amy Winehouse denken. Het repertoire is een mix van songs die op de oude klassiekers zijn gestoeld maar ook het modernere r&b en hip-hop zijn in haar muziek te bespeuren.
Nona staat hier met haar relatief nieuwe band die bestaat uit de gitaristen Thuur Onrust en Tom Groenendaal, bassist Tom Zwaans (we zagen hem ook bij Mercy John), vandaag wordt de vaste drummer Teun van Zoggel vervangen maar helaas blijft zijn naam mij onbekend en Alex Rijckaert zien we op de toetsen.
De band mocht al op diverse festivals aantreden zoals o.a. Bospop waar deze jonge musici al tussen grootheden als John Hiatt, Steve Earle en Simple Minds optraden. Of Nona is vernoemd naar Nona Hendrix of naar de dochter van Marvin Gay, misschien is zij van Indonesische komaf (Nona = meisje in Indonesisch) weten we niet wat TBA? wél weet ik dat deze jonge dame een enorm talent heeft, inmiddels heeft Nona een platencontract van Universal op zak, nam ze een album op in Brooklyn – NYC (release Juli) én mag ze optreden op het Main stage van Ribs & Blues 2019!
Wat meteen opvalt is dat deze jonge mensen een hechte muzikale eenheid vormen, er is wederzijds respect en de frontvrouw/zangeres Nona toont zich terecht én oprecht trots op haar begeleiders. De sound die Nona en haar band hier op het vroege uur van deze eerste Pinksterdag produceren doet wat denken aan de Daptone sound, ik vind het nu al een lekkere vibe.
Tussen de nummers door vertelt Nona wat haar bezig houdt en wat de basis is waarover de nummers handelen. Heel mooi dat je dat voor zo’n groot publiek durft, echter er is een maar…. omdat Nona een nogal hese stem heeft zijn de introductie niet altijd even goed te verstaan. Eerlijk gezegd denk ik ook dat zij de introducties beter in de Engelse taal zou doen op een groot festival, in een intieme zaal is het natuurlijk anders maar hier op Ribs & Blues 2019 ging veel verloren……Ik hoor een nummer dat gaat over het beëindigen van een relatie maar ook een nummer wat zij schreef voor haar veel te jong overleden vader ‘Albatross’ omdat hij zo van Fleetwood Mac hield. Up-tempo, ballads, alle facetten komen voorbij. Jammer dat ik geen titels van de songs heb mogen noteren maar haar muziek maakt dit helemaal goed.
Genieten doe ik van de excellente Tom Groenendaal maar ook van de drummer. Ondanks dat ik van mening ben dat het Main stage podium nog een maatje te groot is voor Nona was dit optreden een hele fijne binnenkomer, wij zullen nog veel van haar gaan horen en zien!
De Amerikaanse rockabilly-bluesband Legendary Shack Shakers uit Paducah, Kentucky moet je een keer live gezien hebben. Of liever: meebeleefd hebben. Want een beleving is een optreden van dit kwartet absoluut! De uitbundige ADHD-zanger, banjo- en mondharmonicaspeler J.D. Wilkes is muzikant, acteur en kwajongen tegelijk.
Met gekke bekken en malle fratsen gaat hij het hele optreden lang uit zijn dak, en zuigt zo het publiek mee in hun mix van rockabilly en dampende bluespunk met swamp- en southern gothic invloeden. In de bijna 25 jaar dat de band bestaat heeft die nogal wat personeelswisselingen ondergaan. Bassist Fuller Condon (v/h The Two Man Gentlemen Band), drummer Preston Corn (v/h The Dirt Daubers) en gitarist Gary Siperko (v/h Pere Ubu) vormen momenteel de huidige formatie rond J.D. Wilkes. Jammer genoeg begon de band op de Delta Stage met geluidsproblemen en dit bleef tot ongenoegen van de binnensmonds scheldende Wilkes te lang door duren.
Desalniettemin wist hij ook daarvan weer een act te maken. Tussen een dwaze sprong en een radslag door vertelt hij het publiek dat de meeste van hun songs eigenlijk alleen maar over kippen en treinen gaan. En, drie liedjes over de duivel. De ware fan wist wel beter, want uit de tiental platen die de band heeft uitgebracht werd een degelijke schifting gemaakt. J.D. Wilkes schreeuwt en gilt en maant het publiek zijn sing-alongs mee te blèren (“Oh oh oh oh oh”), maar toont zich ook een meester op zijn vertrouwde mondharmonica en de banjo.
Het optreden was een flitsende reis met ongeremde chaos en mysterieuze verhalen. Die energiek tot leven kwamen in contrast van rauwe absurditeit en muzikaal vakmanschap. Dat dit werd gewaardeerd merkte ook de dame aan de merchandise stand. Want al tijdens het optreden vonden CD’s, elpees, posters en T-shirts gretig aftrek. Want tja, Those Shack Shakers zijn nu eenmaal legendarisch.
Matt Schofield wordt gezien als een grensverleggende gitarist in de muziekscene van de Britse blues. Schofield staat in de top tien van beste Britse Blues-gitaristen aller tijden (!) bij Guitar & Bass Magazine, daar staat hij in het rijtje samen met niemand minder dan Eric Clapton en Peter Green. De man uit Manchester werd door drie opeenvolgende jaren – 2010, 2011 en 2012 – tot gitarist van het jaar bekroond en kreeg een award Album of the Year (Heads, Tails & Aces – 2010) bij de British Blues Awards brachten hem tot hun Hall of Fame.
Matt Schofield’s melodische vloeiende stijl, samen met zijn gepassioneerde en emotionele live-optredens hebben hem tot een van de meest gewilde moderne blues-gitaristen gemaakt. Ter ere van het 15-jarig jubileum van het solo-debuut van Schofield met zijn orginele trio – Jonny Henderson op keys en Evan Jenkins op drumms – heeft hij de release aangekondigd van een nieuw Trio-album voor begin 2019.
Lees HIER het interview wat ik kortgeleden met de virtuoze gitarist had. Op Ribs & Blues 2019 zien we het trio zoals we lang geleden Matt Schofield leerden kennen maar er is ook een verrassing……vocaliste Christine Tambakis zal ook een aantal nummers met de mannen het podium delen. Zij is de vriendin van de frontman en is afkomstig uit NYC waar zij veelvuldig optreedt in jazzwereld van de Big Apple.
Opener is een zeer up-tempo song ‘Trouble Makin’ Woman’ dat de vingers flink los kan laten gaan op de zes snaren van Matt’s 1961 vintage Fender Strato gitaar. We gaan terug in de tijd met ‘Life Wire’ van het Heads, Tails and Aces album uit 2009. Nog steeds staat dit nummer als een huis, rotsvast in de branding van de woelige wereld om ons heen. ‘Hindsight’ is van een vijftal jaren later, de song werd uigebracht op Far As I Can See, dit is een nummer met een heerlijke funky ondertoon. De nostalgie neemt de overhand, ik denk terug aan al die mooie optredens die ik al van de man mocht bijwonen. Vroeger zo timide, gereserveerd maar altijd sympathiek én gefocust, tegenwoordig meer uitbundig, goedlachs en volledig releaxed staat de Brit te musiceren.
De tent is van het Main stage is op dit uur al ondanks dat buiten de zon flink knettert, nokkie, nokkie vol voor deze bijzondere reünie van het Matt Schofield Trio. Dan krijgt het publiek een kadootje, Christine Tambakis wordt uitgenodigd een aantal nummers te zingen. De kokette verschijning zal niet veel langer zijn dan 1 meter 60 maar heeft een strot van een langbenige diva, ze zingt ‘Mama, He Treats Your Daughter Mean’ een klassieker!
De zaal gaat uit de pan van dit spektakel dat zich voor hen afspeelt. Het Matt Schofield Trio krijgt een andere dimensie, wat mij betreft een toegevoegde waarde maar daar zal de gitaarfreak het niet helemaal met mij over eens worden vrees ik. Nóg een nummer doet little Chrissie mee, dit keer ‘Dr. Feelgood’. De gitaarsolo van Matt gaat door merg en been, de vette sound neemt bezit van de menigte die net als mevrouw Tambakis over de grond dweilen van extase. Wàt een formule is dit met zangeres Tambakis, de sound is funky, soulish, jazzy én het is blues van de buiten categorie! Worden Matt Schofield en Christine Tambakis de Tedeschi Trucks van de kleinere venues?
Ondertussen speelt Evan Jenkins de sterren van de hemel en geselt zijn drummvellen dat het een lieve lust is. Jonny Henderson is de man die alle ontbrekende instrumenten zoals blazers en bass overbodig maakt met zijn zieldoorklievende Hammondklanken. We horen nog een tweetal songs, de nummers worden lang uitgesponnen door de diverse solo’s van Jenkins, Henderson en natuurlijk van de meester Schofield zelf!
Nog een keer komt Christine Tambakis erbij als ze samen met Matt Schofield een duet vormt tijden de vertolking van Junior Wells’ ‘Little By Little’. Matt Schofield is en blijft één van de beste gitaristen van dit moment, Schofield is here to stay! Gemist? Matt Schofield brengt binnenkort een nieuw album uit met Henderson en Jenkins maar ook is hij te zien op 21 Juli a.s. op Blues Peer én in December is hij tijdens het Flirting With The Blues 2019 en in de P60 te zien is. Matt Schofield; uw life wire naar de hedendaagse blues!
Mell & Vintage Future zijn inmiddels te zien op het podium van het Delta stage. Wij van TBA? kennen haar niet maar tv-kijkers kennen Melanie Jonk al van haar deelname aan The Voice of wellicht van haar duet met Douwe Bob. Mell & Vintage Future blijkt een trio te zijn van de jonge Mell en de wat oudere, ervaren sessiemuzikanten Nico Brandsen op toetsen en drummer Ton Dijkman.
De drie delen een passie voor soulmuziek en willen dat op Ribs & Blues 2019 graag met het trouwe publiek delen. De twee backing-vocals die voor de gelegenheid zijn meegenomen voegen écht iets toe. Mell heeft een heerlijke stem met een randje, de heren zijn uitstekende musici, het swingt. Jammer van de overmatige reverb op de zangmicrofoon, naar mijn idee heeft zij dit niet nodig.
Mell & Vintage Future hebben vorige maand hun eerste album met de gelijkluidende titel uitgebracht en dit album zal waarschijnlijk dezelfde weg gaan als hun eerste single ‘Call My Name’ wat meteen op veel radio air-time mocht rekenen. Het is nog maar vier uur in de middag maar door deze set voel ik me alsof ik me in een rokerige blues/jazz club in New York City bevind. Hoe goed kan je zijn, een frontvrouw, drumms, toetsen en 2 backing vocalistes die je meteen al meevoeren naar een andere wereld?
Mell & Vintage Future dekken de lading volledig…. nieuwe blues met een basis van old skool blues. Ondanks dat Mell misschien veel vergeleken zal worden met Adèle hoop ik van harte dat zij haar eigen weg zal gaan en de gelegenheid krijgt zichzelf te ontplooien. Mell & Vintage Future, een verfrissend optreden!
Als laatste act werd Wilko Johnson aan de Ribs & Blues line-up toegevoegd. Geen verkeerde en een gevarieerde keuze. Want deze van origine pub-rocker is niet bepaald het toonbeeld van een poserende bluesgitarist. Al in de jaren zeventig ontwikkelde hij met z’n band Dr. Feelgood een speelstijl en image die veel punkrockers beïnvloed heeft. Hij beweegt zich in schokkerige bewegingen in zijn eigen ‘duck walk’ over het podium. Bovendien speelt hij net zo hortend en stotend (met) op zijn gitaar.
In een plukkende fingerstyle waardoor hij riffs of solo’s tegelijk kan spelen. De man is een uniek artiest, acteur én een medisch wonder. Tot grote verbazing van velen en vooral zichzelf genas hij in 2014 na een zware operatie van alvleesklierkanker. Zijn afscheidstournee had hij in 2013, na het vernemen van de terminale ziekte, al achter de rug. Nu, ruim zes jaar later en op bijna 72-jarige leeftijd, stond hij hier weer gezond en wel op de mainstage om te doen wat hem zo lief was en is, live spelen! Platen maken doet hij ook weer, want precies een jaar geleden kwam er ‘gewoon’ weer een nieuw album van de Wilko Johnson Band uit: Blow Your Mind.
De persoonlijke songs ‘That’s The Way I Love You’ en ‘Marijuana (you know it ease my worried mind’) die gespeeld werden staan op dat album. Een selectie Dr. Feelgood songs mocht natuurlijk niet ontbreken. Met o.a. ‘Going Back Home’, ‘Roxette’ en ‘She Does It Right’ kregen de fanatieke doktersbezoekers hun receptuur.
Bassist Norman Watt Roy, waarmee Johnson enkele jaren in Ian Dury & The Blockheads speelde, mocht met een groovy bassolo in de spotlights. Idem dito voor drumgigant Dylan Howe met zijn funky drumsolo. Strijden en overwinnen is zwaar maar ‘It Don’t Have To Give You The Blues’ zoals Johnson treffend op ‘Blow Your Mind’ zingt. Zo is het ook nog eens een keer. Zolang Wilko ons maar zijn rockende rhythm and blues blijft geven. Bij voorkeur nog vele jaren!
Evenals vier jaar geleden mocht de Nederlandse Dynamite Blues Band weer de Delta Stage bestormen. Om te beginnen mochten de winnaars van de Dutch Blues Challenge 2018 voor hun optreden zélf een prijs uitreiken. Want de Ribs & Blues organisatie kreeg alvast een eervolle vermelding voor de ‘Dutch Keeping The Blues Alive Award’, die op 6 oktober tijdens de Bluesdag 2019 in Nieuw-Vennep zal worden uitgereikt.
Na deze formaliteit ging het viertal uit Noordwijk en Sassenheim direct als een stoomtrein van start. Met songs van hun twee albums Shakedown & Boogie (2014) en Kill Me With Your Love (2016). Maar ook nieuw werk (o.a. ‘Medicine’) van de in oktober te verschijnen derde CD. Bluesharpist/zanger Wesley van Werkhoven – met zijn onafscheidelijke truckerscap – scheurde er weer heerlijk op los met de bluesharp. JJ van Duijn – zoals altijd strak in het pak – was op dreef met zijn azuurblauwe elektrische gitaar. De tripjes over de grens heeft de band duidelijk nieuwe impulsen gegeven. Want de mannen liepen over van enthousiasme en volgens Wesley was deze R&B-gig in zijn aankondiging vóór het eerste nummer: “nú al het vetste optreden!”
Toch was die uitspraak minder voorbarig dan het leek, want de rhythm-and-blues en rock ’n’ roll klanken met een dosis boogie en swing impulsen waren zeer verfrissend op deze zomerse dag. Het terrein aan de Domineeskamp liep dan ook tjokvol (“super goud!”). De band is muzikaal weer meer gerijpt sinds hun vorige optreden op ditzelfde podium in 2014 en dat is ook terug te zien in de performance.
Nick Curran kreeg (terecht) een tribute (‘She’s Evil’) en met een blues ballad werd T-Bone Walker vereerd. De rock ‘n roll song ‘Take It All’ werd opgedragen aan de moeder van Jan Smit. Die hoogstwaarschijnlijk niet aanwezig was in het publiek. Wel aanwezig was de dochter van Renzo van Leeuwen, voor haar droeg de licht geëmotioneerde bassist het nummer ‘Boom Boom Boom (this girl is dynamite!)’ op. Wat ooit op gang kwam na de ambitieuze bluesformatie Big Blind is nu meer volwassen en succesvoller geworden in de vorm van de Dynamite Blues Band. Hopelijk is het eindstation van déze blues-stoomtrein voorlopig nog niet in zicht.
15 jaar jong was ik, toen ik de elpee ‘Chalkfarm’ van de Nederlandse bluesband Flavium in de plaatselijke platenzaak kocht. Ik ging ermee terug want er zat een krasje in het vinyl, uitgerekend op de track ‘Have A Laugh’. Ja, natuurlijk mocht ik ’em ruilen. Maar dan moest ik wel twee weken wachten voordat ze weer een nieuwe hadden, die moest besteld worden. Ik nam het lichtbeschadigde exemplaar weer mee naar huis, dán maar met een tik erin. Ja, zo ging dat toen in 1976.
Maar waarom deze triviale introductie? Welnu, omdat (blues)muziek vaak te maken heeft met persoonlijke herinneringen. Toen ik de band Flavium op de mainstage zag opkomen moest ik terugdenken aan mijn jeugd en de vele muzikale herinneringen en ik was niet de enige. Op 8 maart jl. werd de nieuwe CD van Flavium, met daarop een terugblik naar het verleden, tijdens de start van de ’50 years anniversary tour’ gelanceerd. In het kader daarvan en met een nieuw album sinds tijden als wapenfeit werd ook het Ribs & Blues festival aangedaan. Van de originele bezetting zijn alleen gitarist Anne Geert Bonder en bassist Eric Bagchus nog over. Inmiddels aangevuld met drie ervaren muzikanten is het gezelschap weer gaan touren ter gelegenheid van dat 50-jarig bestaan.
De setlist bestond uit songs van de jubileum-cd en uit de bekende blues traditionals. Die 30 jaar geleden al eens werden gebundeld op het album ‘20 Years of Bluespower’. Inclusief de hits ‘Nightlife’ en ‘Nobody Knows You…’ Mooi en respectvol was ook de tribute (‘Cookin’) aan de onlangs overleden Dr. John. Flavium speelt net als destijds nog steeds een herkenbare mainstream blues stijl waarin vooral Anne Geert Bonder’s soleerwerk opvalt. De gruizige stem van Bert Vrieling, die sinds 5 jaar deel uitmaakt van de band, leent zich uitstekend voor het oorspronkelijke songmateriaal en voor de authentieke covers.
Oudgediende Bagchus en de benjamin van de band Tim de Wijk vormden een strakke ritmesectie. De vintage Hammond toetsenpartijen met bijbehorende Leslie-box van Willem Swikker (lid sinds 2017) zijn een welkome aanvulling op de hedendaagse Flavium sound. Om mij heen hoorde ik louter complimenten. Van generatiegenoten maar ook van veel jongeren. Flavium toonde hiermee aan dat de blues in het algemeen en hun muziek in het bijzonder tijdloos is.
Dat stevige rock niet misstaat op het Ribs & Blues festival hebben meer bands in het verleden bewezen. Daarbij is het de laatste jaren de gewoonte van de organisatie om een Sallandse band de kans te geven om zich op het gerenommeerde festival te profileren.
Wat alleen maar toe te juichen valt want je ‘streekproducten’ moet je koesteren. Vergis je niet, deze jonge knapen zijn alweer vijf jaar bezig met de band Tricklebolt en hebben een behoorlijke volle speelagenda. Hun promo videoclips zien er gelikt uit en live zit het ook wel goed met dit vijftal, zo bleek zondag op de Delta Stage.
Evenals veel musicerende generatiegenoten, waarvan DeWolff, RUV en The Grand East de bekendsten zijn, hebben deze jongens een drang naar een muzikaal verleden. Hun eigen rocksongs zijn vooral geïnspireerd door melodieuze jaren zeventig hardrock bands als Deep Purple en Uriah Heep (waar ze ook al support voor waren) met wat neo-psychedelische invloeden. Daar dragen de Hammond toetsenpartijen van Roy Scholten uiteraard sterk aan bij. Maar ook gitarist Tim Kampman, bassist Daan Pen, drummer Lars Spijkervet en zanger Bastian Pen wisten als collectief op het podium soms een lekker seventies sfeertje te creëren.
Eigen songs van hun goed geproduceerde gelijknamige eerste plaat klonken ook live prima. Waarvan de mid-tempo songs als ‘Come Along’ en ‘I’ll Drive’ mij het meeste aanspraken. Al ging de decibelmeter af en toe wel onnodig in het rood (‘High Trees’). Maar dat zal het enthousiasme voor het R&B live-debuut geweest zijn.
Volgens zanger Sebastian verschijnt hun 2e plaat in het voorjaar van 2020 en als voorproefje kregen we daar o.a. ‘Sunday’ van te horen. Als dat album weer een tandje beter zal zijn dan de eerste en de mannen kunnen veel live blijven spelen zal het ze zeker geen windeieren leggen.
Eli Paperboy Reed zagen we een aantal jaren geleden al eens optreden op het Blues Peer van 2010, nog vóór het TBA? tijdperk, daar waren mijn verwachtigingen hoog gespannen die de man uit Boston – US maar deels wist waar te maken omdat zijn set daar wel goed was maar vreselijk saai. We gaan beleven of de man is gegroeid in de negen jaar die zijn verstreken.
Eli Paperboy Reed is de artiestennaam van de soul/blues en funk muzikant Eli Husok (1983). De bijnaam ‘Paperboy’ kreeg zanger/gitarist Reed toebedeeld doordat dat hij meestal de oude pet van zijn grootvader droeg, een model die krantenjongens in oude films dragen. Reed heeft een rauwe ietwat donkere stem, in de media wordt vaak de jonge dertiger vaak vergeleken met Otis Redding, James Brown en Wilson Pickett maar dat vind ik persoonlijk teveel eer. Zoals gezegd zagen we Soulboy Eli Paperboy Reed al eerder aan het werk echter nu hier op Ribs & Blues 2019 gaan we er weer met open vizier in.
Wat meteen opvalt is dat de man een betere podiumpresentatie heeft aangemeten, ook al is de band vanmorgen direct ingevlogen van vermoeidheid is geen sprake. Eli Paperboy Reed heeft nog niet zolang geleden een nieuw album gelanceerd 99 Cent Dreams. De band van Eli Paperboy Reed is een muzikaal goed collectief, alles loopt gesmeerd maar eerlijk gezegd springt er niet een muzikant naar mijn idee écht uit. Ondanks dat Eli Paperboy Reed al zes albums wist te lanceren blijven de live optredens toch achter bij de écht goede studio-albums. Let wel, we zijn wel onder de indruk van zijn muzikaliteit maar live mist het gewoon iets. Jammer ook dat het bij tijd en wijle een beetje schreeuwerig wordt. Eli Paperboy Reed voor in de kleinere zalen/podia óf voor in de speler!
Cedric Burnside is na Kent Burnside de tweede telg uit de Burnside dynastie die Europa aandoet. Cedric Burnside werd nadat vader Calvin Jackson († 2015) het gezin verliet grootgebracht door zijn grootvader R.L. “Big Daddy” Burnside, de grote blueslegende/singer-songwriter . Met R.L. mocht hij ook mee als grootvader op ging treden, Cedric was dan als drummer in dienst. Omdat vader Jackson ook als bluesdrummer te boek stond is dus met gemak te zeggen dat Cedric de blues met de paplepel kreeg ingegoten. Ondanks dat Cedric een zeer goede drummer is, hij was veelvuldig te zien met Lightnin’ Malcolm heeft hij toch meer interesse voor de gitaar omdat hij daar veel meer gevoel in kan leggen zo zegt hij zelf.
Het album Benton Country Relic uit 2018 is een fantastisch album met vilaine riffs maar ook greasy gitaarlicks die een heerlijke groove hebben. Cedric werd grootgebracht op de muziek van Jim Kimbrough, Jessie May Hemphill, Otha Turner en Delta blueshelden als T-Model Ford én op de muziek van grootvader R.L. Burnside natuurlijk. Maar ook is Cedric Burnside een van de vaste gasten in de Zebra Ranch Studio’s van de familie Dickinson. Hij groeide op met de Hill country blues en dat genre zal hij volgens MC Jaap Harmsen dan ook hier op Ribs & Blues 2019 met ons gaan delen.
Cedric Burnside is op wereld tournee (ze waren al in Australië en Nieuw Zeeland) met Brian Jay, die net als Cedric de gitaar, drumms en de vocals voor zijn rekening neemt. Cedric begint de set als gitarist op de akoestische gitaar voor een gemengd publiek wat naar mijn vreugde veel jonge mensen telt. De set wordt begonnen met een aantal échte klassiekers zoals ‘Judgement Day’ en ‘Moonshine’. De set heeft een opzwepend, repeterend ritmisch trance-achtige vibe. Natuurlijk horen we nummers van het nieuwe album Benton Country Relic zoals ‘Give It To You’ waarbij de man zo in trance van zijn eigen spel raakt dat hij nét voor het einde van het nummer een snaar breekt. We zijn getuige van de klassieke blues, gebracht door een telg van een klassieker in de blues, klasse is het woord wat ik aan deze jongen (39 jr) Burnside koppel.
Het is moeilijk om niet in vervoering te raken bij het zien van al dit moois. Ik bedwing m’n tranen maar Burnside heeft ze gespot en legt z’n hand op z’n hart als dank. Niet alleen ik ben ontroerd maar ook de jongelui die tegen het hek staan geperst om maar niets te hoeven missen van de Hill country blues van Burnside en kompaan Jay. Slechts twee mannen op het podium van de Delta tent maar de hele tent gaat vol uit de bol! Helemaal in trance is gitarist Brian Jay, inmiddels hebben de twee mannen geruild van instrument, van de zelf zeer goede neergelegde sound op de Harmony (what else?) gitaar in ‘All Night Long’ een nummer uit het oeuvre van de oude R.L. Burnside. We gaan up-tempo verder, ik wil nog meer calorieën verliezen en kan geen weerstand meer bieden aan de trance blues van deze sympathieke, nederige, beleefde, aanstekelijk enthousiaste Cedric Burnside en metgezel Brian Jay.
De killing slide van Brian Jay en de groovende beats van Cedric Burnside in ‘Shake ‘Em On Down’ maken een einde aan een zeer aangename live kennismaking met dit duo. Veel te vroeg komt er een einde aan dit uur, zo denkt het publiek er ook over maar ondanks dat men luidkeels om meer roept is de stage-manager onverbiddelijk. Er komt geen encore wél kunnen de vele toehoorders aansluiten aan de inmiddels al lange rij voor de merchandise stand. Binnenkort kunt u ook op TBA? het interview lezen wat Giel van der Hoeven vóór deze show met Cedic Burnside had, stay tuned!
Wat kan je over een liveoptreden van DeWolff nog schrijven? Het afgelopen decennium zag ik de band tientallen keren live en elk optreden lijken ze nóg beter te zijn geworden. Ook nu weer op de R&B mainstage nam het powerrock trio (een dag voor hun Pinkpop optreden) geen moment gas terug. Bovendiuen als de oude blueskenner Johan Derksen hen op het podium (in zijn Laurence Jones aankondiging erna) ook al een pluim gaat geven, ben je als bluesrock band toch wel gearriveerd. Nou ja, misschien moeten we eens ophouden om het trio steeds maar weer te vergelijken met die fantastische (dat waren ze zéker) 70’s bands. Natuurlijk is de psychedelische bluesrock van DeWolff daardoor beïnvloed. Maar dit trio staat inmiddels zó stevig op hun eigen benen dat elke vergelijking momenteel mank gaat.
DeWolff is DeWolff met een geheel eigen geluid. Die reputatie hebben ze verdiend door goede platen te maken maar vooral door in energieke live gigs zoals deze op de mainstage altijd 100% te geven. Eigenlijk konden we al een voorschot nemen op het deze maand te verschijnen 2e live-album ‘Live & Outta Sight II’. Met 2.0 versies van nummers zoals ze op de studioalbums staan, volgens de band. Omdat zodra ze hun songs live beginnen te spelen, ze meestal een eigen leven gaan leiden. ‘Big Talk’, ‘Tombstone Child’, ‘Sugar Moon’, ‘Share the Ride’ ondergingen zo’n live-metamorfose zonder in kracht in te boeten. Sterker, de nummers weten nóg meer te boeien. Het voordeel van een trio is ook dat er alle ruimte is om individueel te soleren.
Vooral in de heerlijke bluesballad ‘Tired Of Loving You’ gingen toetsenist Robin Piso en gitarist Pablo van der Poel weer helemaal los. Wederom wist DeWolff hun faam waar te maken in Raalte.
Aha, daar waren ze weer, de vijf vrienden uit Twente. Rock ’n soul, gebracht door een van enthousiasme uit elkaar spattende band: The Grand East. Nou ja, dat laatste is gelukkig niet gebeurd, maar na jaren van trouwe dienst werd Hammondorganist Joris van den Berg wel vervangen door Barend ‘Barry’ Lippens. Ook het repertoire zou enigszins op de schop gaan. Maar daar was, enerzijds op de recente CD What A Man (2018) en anderzijds tijdens dit optreden, niet veel van te merken.
Ja, de openingsnummers ‘Away’ en ‘What A Man’ – TGE’s aanklacht tegen opgeschoten en doorgesnoven jeugd – zijn meer in een garagerock stijl. Maar verder in het concert was het weer: “live pompen met een dikke epic rockshow!” in de woorden van Arthur Akkermans (zang, harmonica). Op zijn bluesharp en samen met Imanishi Kleinmeulman (drums), Teun Eijsink (bas) en Niek Cival (gitaar) ging de genaakbare frontman weer ouderwets van kiet. Ook nieuwkomer Barry ging als een straaljager mee door het geluid. De bezeten vocalen, scheurende solo’s en psychedelische klanken, ze zijn er gelukkig allemaal nog.
Ook de Waits/Beefheart invloeden blijven ook in de structuur van hun genen zitten. Bij ‘Burn Away’ zegt de jongen die op de houten tribune high naast mij zit met een dikke blow in zijn hand: ‘hé, dit zijn The Doors!” Tja, hij had gelijk. The Grand East is The Doors van de 21e eeuw, daar kan niemand meer omheen. Al gunnen we Arthur en consorten wel een langere carrière en leven. Vijftig jaar na Woodstock is de hippiecultuur samengevoegd in één band. Hun naam is: The Grand East. Peace out!
Voordat gitaarvirtuoos Laurence Jones als slotact van de zondag de mainstage opkwam, werd het Raaltense publiek eerst nog verrast met een speciale gast. In plaats van de vertrouwde Jaap Harmsen kondigde blues-prominent Johan Derksen de band aan. De Engelse gitarist Laurence Jones is nog maar 27 jaren jong maar staat inmiddels alweer tien jaar op de podia! Destijds ontdekt als supertalent heeft hij gaandeweg een eigen stijl weten te ontwikkelen die het beste kan worden omschreven als cross-over blues.
Net als zijn helden uit eerdere generaties zoals John Mayer, Eric Clapton en Jimi Hendrix wil hij bluesmuziek toegankelijk maken voor de massa. Dit overigens zonder zijn voorland tekort te doen, gezien de covers van o.a. Lead Belly, Bob Dylan, Eric Clapton, Traffic, Johnny Moore’s Three Blazers en CCR die hij regelmatig live speelt. Van die laatste groep nam hij onlangs het nummer ‘Fortunate Son’ op als videoclip.
Over toegankelijkheid gesproken. Maar ook met zelfgeschreven songs weet hij de weerbarstige blues fan nog steeds te overtuigen. De wonderschone slow blues ballad ‘Thunder In The Sky’ en ‘Wind Me Up’ met een Hammondorgel-solo (veel Hammonds op R&B dit jaar!) door Bennett Holland waren daar goede voorbeelden van.
Behalve Holland en het ritmetandem Phil Wilson (drums) en Greg Smith (bass) had Jones ook nog twee swingende achtergrondzangeressen meegenomen naar Raalte wat de soulvolle nummers alleen maar ten goede kwam. Dat Laurence Jones “de nieuwe Eric Clapton” is, wat ik iemand in de tent achter mij hoorde zeggen, lijkt me nog wat te hoog gegrepen. Maar, het moet gezegd, de sympathieke wonderboy is muzikaal gezien bijzonder aardig op weg.
Lees het verslag en bekijk de foto’s van Dag 1 van het Ribs & Blues 2019 HIER.
Mijn dank aan beide recensenten en beide fotografen is wederom groot.
Uitstekende verslagen van beide dagen, vergezeld van schitterende foto’s!
En hier is Matt Schofield met Christine Tambakis:
https://www.youtube.com/watch?v=oqeSu4LUzvU