Een sfeerverslag van het 29ste Swing Wespelaar te Wespelaar – België op 19, 20 en 21 augustus 2016. Een verslag van Ton Kok en Nicolette Johns met foto’s van José Gallois. Klik hier om het album te bekijken.
Ondanks het feit dat we niet bespaard werden van enkele stevige buitjes, viel het weer deze dagen beslist niet tegen. Er waren wat geluidsprobleempjes, de nodige gebroken snaren en vooral later op de avond stonden de artiesten behoorlijk in het donker op het podium.
Doordat het doorgaans heel gemoedelijk is, staat ook de security niet altijd helemaal op scherp en is een incidentje nodig om iedereen weer bij de les te krijgen.
Op de zaterdagavond was daar een wat beschonken heerschap voor nodig, die tijdens het optreden van Toronzo Cannon het podium wist te
beklimmen. Gelukkig liet hij zich snel met zachte hand weer achter de dranghekken terug sturen.
Door een goede taakverdeling met TheBluesAlone?-reporter Nicolette hoefden we niet constant in de kritische modus te staan en was het ook geen probleem, dat ik door onvoorziene omstandigheden de vrijdagavond moest laten schieten. Op de zonnige zaterdagmiddag stond ik dan wel op tijd klaar voor de openingsact, de enige Nederlandse bijdrage op het podium: het Ralph de Jongh Trio. Met een kwartier vertraging betrad Ralph het podium om solo de set te openen.
Ongeveer halverwege het eerste nummer voegden bassist Nico Heilijgers en drummer Arie Verhaar zich bij hem en kon een deel van het publiek voor het eerst kennis maken met deze fantastische Nederlandse performer.
Het antwoord op de vraag aan zangeres Monique Anderson of zij ook nog ging meezingen, was eigenlijk typerend: “Weet ik niet. Ik heb nog geen idee wat hij gaat spelen”.
Voor de Ralph de Jongh ‘kenners’ een bekend antwoord, want voorspelbaar zijn de optredens van Ralph nooit, zelf zijn mede-muzikanten moeten elke keer weer afwachten welk nummer hij gaat inzetten. Voor de nieuwelingen maakte dit misschien een wat rommelige indruk, maar al snel had hij ook hen voor zich gewonnen met een prima mix van eigen werk en wat klassiekers van John Lee Hooker, Robert Johnson en Elmore James.
Na het signaal “nog één nummerke”, schotelde Ralph ons nog een bijna tien minuten durende versie voor van het fraaie ‘Life Is Like A River With No Name’. Hij wilde ook nog wel een toegift doen, maar de organisatie vond dat het mooi geweest was. Een zeer overtuigende opener van de dag.
Het speelschema liep nog wat verder uit, door wat technische problemen voor aanvang van het optreden van de Chris Bergson Band. Het was alweer even geleden dat ik de man aan het werk had gezien en hij wist me positief te verrassen.
Als zanger is hij ontzetten gegroeid en zijn Franse begeleiders – toetsenist Philippe Billoin, bassist Philippe Dandrimont en drummer Pat Machenaud – zorgden voor een prima strak fundament, waardoor de nummers meer structuur kregen.
De basis was toch wel blues, hoewel, vooral in de tweede helft van de show een aantal hier toch wat verder van af stond. Hoewel Bergson toch wel het een en ander gewend moet zijn, maakte hij op mij een wat nerveuze indruk en brak tijdens het optreden tot twee keer toe een snaar.
Daar bleef hij dan wel weer koel onder en werkte op vijf snaren vervolgens gewoon de setlist af. Pas al hij weer een slide solo een nummer bracht, liet hij de gebroken snaar vervangen. Ook hier veel eigen werk, zelfs een heel nieuw nummer (‘Bitter Midnight’) van een nog uit te brengen cd met Ellis Hooks. Ook een paar covers, ‘I Feel So Good’ en ‘Meet Me In The Bottom’, waarvan de laatste werd opgedragen aan Hubert Sumlin.
Big Daddy Wilson verdiende na zijn optreden tijdens ‘Brews-n-Blues’ van november vorig jaar in de Eusebiuskerk van Arnhem een nadere kennismaking. In Wespelaar werd Big Daddy Wilson begeleid door zijn Italiaanse band; Roberto Morbioli (Morblues) op gitaar die vorig jaar samen met Justina Lee Brown ook al op het Wespelaarse podium stond, Paolo Legramandi zagen we op de bass en Nik Taccori was de drummer van dienst (zij waren er ook bij in Arnhem).
De opener ‘John, The Revelator’ maakte meteen dat die toeschouwers die nog bij de bar dan wel de eettentjes verbleven op een drafje de nabijheid van het podium opzochten. Ja, inderdaad deze Big Daddy Wilson met zijn donkere, soulvolle stem verdiende zeker onze onverdeelde aandacht.
Met de woorden “we no need no Donald” liet Wilson Blount zoals hij bij de burgelijke stand bekend staat zijn politieke voorkeur doorschemeren alvorens ‘Let Your Lovelight Shine’ te brengen. Het bekende ‘Until Your Well Runs Dry’ werd van een latino/afro beat voorzien en bewerkstelligde menig heupwiegende toeschouwer.
‘Time’ de titeltrack van BDW laatste album werd zonder de conga gebracht maar met de percussie shakers. Ook al wilde BDW ons laten geloven dat hij al liftend van North Carolina naar Memphis en Texas trok als introductie van ‘Thumb A Ride’ hij woont al weren jaren gelukkig getrouwd met Helga sinds zijn diensttijd in Duitsland.
Ruiterlijk aan het adres van Roberto gaf BDW toe dat hij zelf ook graag de gitaar had leren bespelen. Dit bleek de introductie te zijn voor de ter (linkse) hand neming van de coffee-can one-string guitar waarop hij ‘Baby’s Coming Home Again’ een heerlijke oldskool touch meegaf. Het zelf gepende ‘Bullfrog’ werd in Zuid-Frankrijk geschreven na de vele gerechten met ‘cuisses de grenouille die bij ieder zichzelf respecterende bistro op het menu staan. Steeds weer mochten we getuige zijn van de leading role van Roberto Morbioli op de Guild al dan niet met slide of zonder maar altijd weer die virtuositeit als handtekening.
Voor mij was dit niet de laatste keer dat ik voor een podium bij Big Daddy Wilson gestaan heb.
Altijd een lust om naar te kijken en te luisteren: Carolina-girl Nikki Hill.
Met haar vierkoppige begeleidingsband onder leiding van echtgenoot Matt Hill, houdt deze powergirl de ‘old school’ rock ‘n roll springlevend met een sterke combinatie van klassiekers en goed geschreven eigen werk.
Het was even een vreemd gezicht om Matt te zien zonder zijn vertrouwde Telecaster. Dit keer voorzien van een Gibson Melody Maker (?) voorzag hij de nummers van korte, puntige solo’s. Ook hij doorstond het optreden niet zonder een snaar te moeten vervangen, maar met een tweede gitarist in de gelederen werd dit prima opgevangen en bleef het tempo er in.
Geen Nikki Hill-show zonder een eerbetoon aan Chuck Berry. ‘Sweet Little Rock ‘n Roller’ is de dame op het lijf geschreven en hoewel niet iedereen gecharmeerd is van haar stem, wist deze groep er toch een zeer verdiende toegift uit te slepen.
Bij Jason Ricci is het altijd even afwachten hoe hij er nu weer uitziet, maar zijn harmonicaspel is altijd herkenbaar. Absoluut onnavolgbaar.
Jason is natuurlijk een ontzettende lefgozer: “Ik heb nu twee gitaristen in de band, want één kan mij niet aan en zelf met twee moet ik me inhouden”.
Nu staan John Lise en Sammy Hotchkiss weliswaar hun mannetje op gitaar, maar ze kunnen Jasons zelfvertrouwen niet aantasten. Andy Kurz op bass en drummer Adam Baumol zijn natuurlijk de back-bone van Jason’s Bad Kind.
Heel mooi ook de hommage aan de onlangs overleden Preston Hubbard, waarin hij voor zijn doen simpel speelde, maar nog steeds voor veel collega’s nog nauwelijks te volgen is. “Zeven letters in zijn voornaam, zeven in zijn achternaam, dus speel ik dit in de majeur-toonladder, want die heeft zeven noten”. Ook zijn redeneringen zijn niet altijd te volgen.
De band geeft het publiek geen moment de tijd om de aandacht te laten verslappen en er is ook altijd iets nieuws in de solo’s te ontdekken. Het ene moment gooit hij er een stukje klassieke muziek tussendoor en even later valt iets van Prince te ontdekken.
Dit was mijn derde Ricci-concert in drie maanden en het heeft me nog geen seconde verveeld.
Met Toronzo Cannon werd de tweede festivaldag afgesloten en wàt voor een afsluiter!
De aanwezigen op het Kerkplein van Wespelaar zullen dit optreden zich nog lang herinneren.
Bassist was weer David Forte, Sonny Boy Anderson verving Ronnie Hicks op de keys en op drumms zagen we ook een nieuw gezicht Melvin Carlisle verving Christophe Alexander op Swing Wespelaar 2016.
Ondanks dat de regen ons niet bespaard bleef stond het plein onder de kerktoren van Wespelaar bij de laatste act van de tweede festival bommetje vol.
Ook Toronzo Cannon was voor de TBA? medewerkers geen onbekende. Wij zagen hem al eerder op het Chicago Blues Festival (2005) optreden maar ook 10 jaar later in onze hoofdstad in de North Sea Jazz club, beiden keren was het optreden van grote klasse.
‘Cannonball’ Toronzo had de grote pech dat bij aanvang van zijn optreden het pijpenstelen begon te regenen, maar de Cannon adepten en blues die-hards staken wat paparapluutjes op, trokken een regenjack aan of stonden met meerderen onder een grote regenponcho maar bleven op het marktplein staan om te genieten van deze buschauffeur uit Chicago. Soul, blues en funk is wat deze band mooi samen kan laten smelten. ‘Live Without you’, ‘John the Conquer Root’ waarbij de tanden de snaren vonden net zoals bij Toronzo’s grote voorbeeld Jimi Hendrix dat deed.
Het publiek werd herhaaldelijk verrast door een intense bass solo of een drummsolo waar de rillingen bij over de rug deed lopen. Teksten als “let them marinate” in ‘Fine Seasoned Woman’ voor alle dames boven de 31 jaar spraken tot de verbeelding en laten het volle plein meezingen met deze uitstekende performer en zijn ijzersterke begeleiders. Ondanks de regen wil Cannon toch even een klein ‘Buddy Guytje’ doen en komt even de trap af om nog meer contact met het publiek te bewerkstelligen en zelfs even wat handen te schudden en hier en daar een kusje uit te delen. Jammergenoeg bleef het maar regenen wat Toronzo Cannon er toe aanzette Albert King’s ‘Standing In The Rain’ te brengen. Toronzo Cannon een terechte afsluiter van de tweede festival dag, deze ‘healer’ laat ook de meest benevelde festivalbezoeker weer fris als een hoentje de Grote Baan op wandelen.
Tevergeefs nodigde Cannon nog Jason Ricci uit op het podium om even mee te jammen maar die blijkt al vertrokken te zijn; als toegift werd het publiek gevraagd nog maar eens uit volle borst mee te zingen met Toronzo’s versie van ‘Sweet Home Chicago’. Het was een mooie, enerverende festivaldag. Al druipend van de regen zochten we onze auto met de gedachte aan die heerlijke warme douche. Morgen staat er ons een bijzondere line-up te wachten.
Lees het verslag en bekijk de foto’s van Dag 1 van Swing Wespelaar 2016 hier en van Dag 3 hier.