Exclusief interview met: Eric Burdon tekst & edit: Giel van der Hoeven met foto’s door: José Gallois © en van Getty Images© tijdens Ribs & Blues Festival 2015 in Raalte op zondag 24 mei 2015.
Op het Ribs & Blues festival in Raalte toonde de Britse singer-songwriter Eric Burdon aan voor meer te staan dan slechts een nostalgische trip naar de jaren ’60 en ’70. De man is een legende die met de tijd is meegegaan. Natuurlijk zijn de Animals- en War-songs (o.a. ‘It’s My Life’ en ‘Spill The Wine’) parels uit de muziekgeschiedenis. En staan klassiekers zoals de Nina Simone cover ‘Don’t Let Me Be Misunderstood’ en ‘The House of the Rising Sun’ nog altijd als een huis in de gouden ochtendzon. Maar met het album ’Til Your River Runs Dry’ (ABCKO Records/UMC) leverde hij in 2013 gewoon weer een ouderwets goed album af. Met daarop prima blues- en rocksongs en nog steeds dat geweldige stemgeluid! Ook zijn huidige live-band kan zich met gemak meten met de grootste der aarde. Ja, even keken we zelfs verbaasd op toen de 74-jarige Burdon ons wist te melden een groot liefhebber te zijn van de indierock band Calexico! Zijn jongere vrouw Marianna houdt hem jong, zeker. Maar de voormalige Animal is nog zo kwiek als een hoentje en barst weer van de ambitie. ‘A voice from the past, but 27 Forever’.
Hallo meneer Burdon, u bent in Nederland voor twee live optredens, in Paradiso Amsterdam en hier op het Ribs & Blues Festival in Raalte. Wat zijn uw verwachtingen en wat kunnen de fans van u verwachten?
– Ik kom altijd erg graag naar Nederland. De mensen hier hebben een opvatting over vrijheid die wezenlijk verschilt van die in andere landen. We gaan een eerlijke, emotionele set spelen met songs die heel mijn carrière bestrijken, van de vroege Animals naar de blues waar we altijd in geworteld zijn geweest. Verder natuurlijk solowerk, misschien een paar War-songs, en materiaal van mijn nieuwste album, ’Til Your River Runs Dry’.
Heeft u ook speciale herinneringen aan Nederland?
– Oh ja, ik heb veel goede herinneringen aan optredens in Club Paradiso! Ik herinner me de Kerstmis van 1967 nog goed zelfs, Zoot Money’s psychedelische band, Dantalian’s Chariot, met daarin ook Andy Summers, stonden met ons op de affiche aangekondigd. Vlak voordat we met z’n allen naar Amsterdam zouden vertrekken kregen ze een auto-ongeluk in de buurt van Newcastle. Gelukkig raakte niemand serieus gewond, maar Andy brak wel zijn neus. Hij droeg dus een vrij grote pleister op zijn neus, en werd het onderwerp van veel grappen, haha. Een jaar later, speelde ik mét Zoot en Andy wederom in Paradiso, dit keer gezamenlijk in The Animals.
Het album ’Til Your River Runs Dry’ (2013) kreeg al vele positieve reviews. Bent u vandaag de dag – meer dan 2 jaar na het uitbrengen ervan – nog steeds tevreden met het eindresultaat?
– Absoluut. Ik ben echt blij met dit album en als je mij dezelfde vraag over een paar jaar weer stelt, sta ik daar nóg steeds achter. Daar ben ik van overtuigd! Het is een waar statement over mijn leven en het is de meest persoonlijke plaat die ik ooit gemaakt heb. Het weerspiegelt een periode waarin een aantal dingen gelijktijdig gebeuren. De leeftijd van 70 jaar bereiken had daar ook invloed op, ik werd min of meer gedwongen om terug te blikken én te inventariseren hoe ik nu in het leven sta. Het betreft onderwerpen die iedereen wel bekend zijn, zoals liefde, geloof, het verlies van vrienden en geconfronteerd worden met het onvermijdelijke. Alsmede geopolitieke kwesties met één van mijn grootste zorgen op dit moment: water. Iets wat nog veel te vaak als vanzelfsprekend wordt genomen De strijd tussen goed en kwaad blijft – maar het belang van waterconservering is momenteel groter dan het ooit is geweest. De song ‘Water’ werd geïnspireerd door een gesprek dat ik eens had met voormalig president van de Sovjet-Unie Michail Gorbatsjov. “The enemy does not know who the enemy is.”
“Water, water, water / To drink, to put down the fire / Water, water, water / The truth the shame the liar.”
Van dat album spelen jullie ook een aantal songs live. Welke daarvan zijn favoriet bij u?
– “Water” klinkt altijd goed, als een mantra of een chant die hardop kan worden meegezongen. En “Wait,” dat ik voor mijn vrouw Marianna schreef, en gaat over het belang van nooit opgeven. Het raakt een heleboel mensen die nog steeds op zoek zijn naar een vorm van liefde. “Bo Diddley Special” is ook altijd lekker om live te doen. Ik zong “The Story of Bo Diddley” 50 jaar geleden al op de eerste Animals plaat. Ik heb de indruk dat de cirkel nu rond is met deze song, rekening houdend met de invloed die Diddley op mij heeft gehad.
Als artiest heeft u een gigantische reputatie. De komende maanden gaat u in Europa voornamelijk cluboptredens en wat festivals doen. Zou u, gezien dat verleden, niet in veel grotere zalen moeten spelen?
– Ach, ik ga waar de plicht me roept. Of het nu een groot festival is of een meer intieme club, ik geef altijd alles wat ik in me heb, hoe dan ook.
Er gaan hier in Nederland nog steeds geruchten over het feit dat u tijdens een Paradiso optreden in juli 2009 een man op de eerste rij nogal boos een schop gaf. Kunt u dat uit de doeken doen?
– Nou, dit specifieke incident kan ik me niet echt meer herinneren, maar ik weet zeker dat ik er een goede reden voor had, haha! Ik herinner me wel een voorval van langer geleden, dat een junkie op de voorste rij vlak voor mijn neus zijn injectiespuit stond te prepareren. Hij had doodleuk zijn hele kit uitgestald op de rand van het podium! Aangezien ik erg slecht tegen kromme lepels en naalden kan verloor ik toen even mijn zelfbeheersing.
U zei eens dat ‘Genius + Soul = Jazz’ van Ray Charles uw all-time favoriete album is. Wat is uw eigen geheime formule?
– Hmm… Blues + Rock x time = Burdon4ever. Dáár ga ik voor…
Volgt u de hedendaagse muziekscène nog?
– Jazeker. Ik volg nu alweer een aantal jaren de indierock band Calexico uit Arizona. En onlangs hebben ze me uitgenodigd om op hun nieuwe album ‘Edge of the Sun’ mee te zingen, de bonustrack ‘Roll Tango’. Verder luister ik ook naar Ben Harper, Eric Bibb, Alabama Shakes… noem maar op.
Wilt u de jonge generatie muzikanten nog een tip meegeven?
– Luister naar de ouderen, experimenteer, repeteer voldoende en neem een goede advocaat.
In 1964 ging u als jonkie met de Animals zelf deel uitmaken van een wereld waarin uw idolen zich begaven. Tijdens uw eerste kennismaking met Amerika deelde u direct al de tourbus met Chuck Berry en Jerry Lee Lewis! Besefte u destijds hoe bevoorrecht u was?
-We realiseerde ons dat het een voorrecht was maar we besefte ook dat er een ontmoedigende taak voor ons was weggelegd; namelijk om het podium op te gaan na grootheden die we zelf zó veel bewonderden! Eigenlijk gedwongen om gebruik te maken van de gelegenheid. Ik moet nu toegeven dat ik volop heb genoten van die uitdaging.
U heeft dus een heleboel legendarische beroemdheden ontmoet in uw leven, van wie was u het meest onder de indruk?
-Ja, ik heb een heleboel interessante mensen ontmoet en ze hadden allemaal vertrouwen in zichzelf en waren niet bang om zich te uiten… Steve McQueen… Nina Simone… Ray Charles… Jimi Hendrix, om er maar eens een paar te noemen.
U bent ook bevriend geraakt met Jimi Hendrix, wat was – behalve dat het een virtuoos was – zijn beste eigenschap?
– Hij was kinderlijk enthousiast en had een goed gevoel voor humor. Op het podium was hij onaantastbaar, maar daarbuiten was hij een vriendelijk en nederig persoon.
In het midden van de jaren ‘70 speelde Bruce Springsteen tijdens zijn Born to Run tour regelmatig ‘It’s My Life’ van de Animals. En op het SXSW 2012 festival in Austin Texas sprak hij lovend over The Animals; het zou de belangrijkste band zijn geweest waardoor zijn eigen muzikale visie vorm kreeg. Zou een samenwerking in de toekomst wellicht tot de mogelijkheden behoren?
-Bruce is een oprechte kerel, ik heb hem ooit een ‘powerhouse’ genoemd. Vorig jaar heeft hij ook ‘Spill the Wine’ gespeeld tijdens zijn Australische tour. Hij heeft daarmee, en met zijn vriendelijke uitspraken over ons, er zeker voor gezorgd dat ik weer meer in de belangstelling kwam te staan. Aandacht die ik in járen niet meer had gehad van de rock-pers. Zelfs Rolling Stone magazine was plotseling weer nieuwsgierig naar mij. Het was ook een groot genoegen om hem te vergezellen op het podium, zowel op SXSW als in Cardiff. Ik sta er zeker open voor en zou vereerd zijn om songs met hem op te mogen nemen.
Wat betekent de inductie van The Animals in de Rock and Roll Hall of Fame sinds 1994 voor u?
-Het is een eer om te worden erkend voor je artistieke werk. Maar vele anderen, eveneens verdienstelijke kunstenaars, zullen daarentegen nooit op deze manier erkend worden. Dus ik heb de neiging om dit soort erkenningen met een korreltje zout te nemen.
Nina Simone’s ‘Don’t Let Me Be Misunderstood’ is nog tientallen malen gecoverd nadat The Animals er een hit mee hadden. Wat is volgens u de beste versie ooit van deze wereldhit?
– Nina Simone’s versie werd nooit overtroffen. Ze was echt “pissed” toen ze onze versie van de song voor het eerst hoorde! Maar toen we elkaar ontmoette begreep ze wel dat wij grote fans van haar waren. Sindsdien zijn we elkaars beste vijanden, haha.
Hoe houdt u die ongelooflijke stem in vorm? Eieren? Wodka? Marihuana? Frisse lucht?
– Niets speciaals, maar dank voor de aanbieding. Ik ben gezegend met een stem die door de jaren heen nauwelijks verandert is. Je zou kunnen zeggen dat ik begon te zingen als een oude bluesman en dit 50 jaar later nog steeds doet.
U zei eens: “Ik droom voortdurend over wat ik verder nog kan doen.” Wát gaat u nu nog doen?
-Ik doe steeds nieuwe ideeën op voor een volgende plaat, maar op dit moment ben ik ook hard bezig met mijn memoires. Die hoop ik einde van dit jaar af te kunnen hebben. We zijn ook alweer geruime tijd bezig met het verzamelen van beeldmateriaal voor een mogelijke levens documentaire, maar echt een concreet plan is daar nog niet voor op dit moment.
Wat zou u – behalve een uitnodiging in het Witte Huis – nog wensen?
Alles wat ik graag zou willen is: vrede op aarde, inclusief het verbeteren van de kwetsbaarheid van deze aarde. President Obama heeft nu nog slechts een jaar om mij uit te nodigen in het Witte Huis. Ik weet dat hij van muziek houdt, dus ik veronderstel dat dat inderdaad nog een keer zal gaan gebeuren.
Er komt een keer een dag dat u Chuck Berry, Ray Charles, John Lennon en Jimi Hendrix weer gaat ‘ontmoeten’… Hoe wilt u hier in herinnering blijven?
Hopelijk, worden we allemáál herinnerd als eerlijke oprechte muzikanten. Met de intentie om de luisteraars ontspanning te bieden, maar hen ook muziek met diepgang te laten vóelen.
Tot slot wil ik u vriendelijk bedanken voor de antwoorden meneer Burdon!
– Graag gedaan. Jij bedankt voor het stellen van de vragen.
Ribs & Blues festival review volgt spoedig.
Prachtig interview Giel. Met heel veel plezier gelezen!!!
Met veel plezier (voor)gelezen en wat een prachtige foto’s!
Gaaf interview met de man met de meest indrukwekkende strot uit de muziekhistorie.
Goede vragen Giel.