Gezien en gehoord: Breda Jazz Festival op 17 – 20 mei 2012. Tekst door Nicolette Johns met foto’s van José Gallois.
Zondag is de vierde en laatste dag van Breda Jazz 2012 , voor deze dag hebben wij weer een aantal optredens geselecteerd op de úiterst gebruiksvriendelijke web-site van het festival en met de print-out van onze selectie in onze binnenzak staan we te wachten tot ‘Little Boogie Boy Bluesband & John Primer’ het podium aan de Veemarktstraat betreden. Voor de lezers van ‘the Blues Alone’ zijn deze heren zeker geen onbekenden. Hein ‘Little Boogie Boy’ Meijer, het verhaal gaat dat hij ooit deze bijnaam van John Primer zelf kreeg, is één van die Nederlandse gitaristen die veelvuldig gevraagd worden om tijdens het toeren van, met name Amerikaanse, blues muzikanten acte de présence te geven als back-up band. Little Boogie Boy Bluesband’s muziek wordt niet voor niets aangeduid met ‘Happy Blues’, al bij het eerste nummer spát het plezier er vanaf. Jan de Boer op bas en Bert Fonderie op de drums completeren Hein Meijer zoals gezegd op gitaar. Als Hein bij het tweede nummer van de set John Primer introduceert is het voor het podium al behoorlijk vol. We zien weer dezelfde toeschouwers als de dag ervoor, échte blueskenners dus. Meteen horen we opmerkingen vanuit het publiek dat de door de organisatie gekozen positie van het podium niet de keuze van de toeschouwers zou zijn geweest. We staan n.l. in de lengte van de straat voor het podium, waarom niet gekozen voor de breedte van de straat zodat er nog meer bij kunnen? John Primer’s slide is weer bovennatuurlijk en vocaal is hij, ondanks zijn 67 jaar écht nog niet op achteruit gegaan. We horen klassiekers van Howlin’ Wolf en Muddy Waters langs komen maar natuurlijk ook zijn eigen nummer. Omdat we vandaag nog meer op onze verlanglijst hebben staan, zijn we genoodzaakt deze ‘topper’ alweer na de eerste set te laten voor wat het is. We geven nog even ons visite-kaartje af en John en Hein bedanken ons voor onze inzet voor de blues, toch leuk zo’n opsteker!
We zetten de pas erin en gaan richting het ponton in het Spanjaardsgat om daar ‘Walking the Trigger’ te gaan zien. ‘Walking the Trigger’ is 7-koppige band die zich niet laat vergelijken, ok ik dacht even aan ‘New Cool Collective’ van Benjamin Herman maar het is gelukkig bluesy-er, maar ‘de look’ van de band trekt er veel op. Onbekend misschien voor de meeste lezers maar als u weet wie hier deel van uitmaken dan begrijpt u waarom we dit optreden willen zien. Op drums, de ‘heart-beat’ van de band zien we Henk Punter die ooit bij King Mo drumde maar we kennen hem ook van Tinez Roots Club, op de bas herkennen we Roelof Klijn (Dede Priest/Shiner Twins), ‘swamp-man’ Mischa den Haring (T-99/Cuban Heels) op gitaar, toetsenist van de band is ’88 keys’ of nog beter ‘Mister Burning Fingers’ Jeroen Sweers. En wat te denken van dit blazers-trio ‘The Steamy Horns’; tenor-sax Arnoud de Graaff, bariton-sax ‘de olieraffinaderij’ Koen Schouten en op trompet Peter Huber gedrieën spelen zij in de band achter Caro Emerald niet de minste dus! Rest ons nog de zanger; Steef Cuijpers inclusief stok. De hele band kon zó uit New-Orleans weggelopen zijn, één van de nummers die zij brengen is ‘Mardi Gras’ van Prof. Longhair. Tja, wij vinden dit een lekker optreden maar wij volgen Mischa den Haring dan ook al sinds hij met T-99 in 2002 op het North Sea Jazz optrad. We zijn nog getuige van ‘n vertolking van ‘Wang Dang Doodle’ met New-Orleans sausje overgoten en met een goede ‘Boogie’ sluit ‘Walking the Trigger’ het optreden af. Een band die zeker niet zou misstaan op menig festival deze zomer.
Het laatste optreden van onze selectie is de ‘VandeVen Band’ van de naamgever Clemens van de Ven, wel van gehoord maar nog nooit eerder zijn wij in de gelegenheid geweest deze band te zien optreden. Clemens heeft een stem à la Tom Waits, dus daar moet je wel van houden. Hij treedt op met zijn 3 mans-formatie t.w. Arend Bouwmeester op saxofoon, Harry Hardholt op gitaar én talkbox, Sin Banovic op drums. De set wordt begonnen met ‘Bali’ een nummer geschreven tijdens een reis op, hoe kan het ook anders, Bali van het 1991 album ‘A Little Bit of Love’. Mooi, ‘smooth’, emotie-vol instrumentaal stuk! Nog meer uit de negentiger jaren krijgen we te horen als de band ‘Write Myself a Letter’ van het 1997 album ‘Finally Live’ ten gehore brengt. Clemens’ spel en performance doen ons aan Dr. John denken. Deze band heeft dat ‘funky’ New-Orleans geluid dat je niet stil laat staan, je móet bewegen! De leukste ontdekking vind ik toch zelf wel dat Harry Hardholt eenzelfde talkbox hanteert als the Meeters (Art Neville) dus ook the Neville Brothers én Peter Frampton, lang niet gezien! Maar het geluid laat vandaag wat te wensen over, de boxen staan niet correct afgesteld, de boxen brommen en zo zijn de teksten van Clemens helaas niet meer te verstaan. We ontdekken nog ‘Sing Sing Sing’ van Louis Prima/ Benny Goodman en we herkennen ook nog ‘n jaren 20 boogie van Fats Waller maar daar blijft het voor ons bij deze editie van Breda Jazz.
Volgend jaar weer? Indien de line-up er weer zo goed uitziet wat ons betreft wel! (lees hier het verslag van deel 1)
Kijk hieronder voor meer foto’s van José Gallois van het Breda Jazz Festival:
en van deel 2: