een interview met Hokie Joint door Giel van der Hoeven met foto’s van Arjan Vermeer en Bert Vethaak.
Ribs & Blues was niet nieuw voor ze want twee jaar geleden stonden ze er ook al voor een uitzinnig publiek op de mainstage. Vreemd was het wel want tijdens deze 15e editie zou het vijftal uit Colchester nu aantreden op de kleinere open-air stage. En bovendien op een erg vroeg tijdstip. Vandaar ook dat de Hokie’s van de ene verbazing in de andere vielen toen ze op 2e Pinkstermorgen in Raalte arriveerde op een uitgestorven plein waarboven donkere wolken zich samenpakte. Datzelfde plein stond nog geen drie uur later met een flauw zonnetje aan de hemel afgeladen vol met muziekliefhebbers waarvan de meeste nog eens speciaal voor Hokie Joint kwamen ook! In de 2009-editie hebben de vier ‘blokes’ uit Engeland en die ene ‘Scotsman’ ook na hun optreden het Ribs & Blues terrein nog lang onveilig gemaakt. Waarbij naar verluid de alcohol rijkelijk bleef vloeien. We waren dus emotioneel goed voorbereid op onze confrontatie met deze ’slurred men’. Maar de schade viel uiteindelijk alleszins mee. Want tijdens het ontspannen en aangename gesprek, waarvan je het relaas hier kan lezen, ontpoppen de Hokie’s zich als rustige bijna beschaafde jongens met ieder zijn eigen(wijze) karakter. Gitarist Joel Fisk en harmonicaspeler Giles King geven bedachtzaam en beleefd antwoord op onze “odd questions”. De temperamentvolle zanger Jojo Burges blijkt backstage een smakelijke droogkloot te zijn. De senior van de band drummer Stephen Cutmore is een overtuigd Keith Richards-adept en reageert voortdurend enthousiast en serieus of juist impulsief en gevat: “I like this Hips & Booze fesival”. En bassist Fergie Fulton tot slot blijft onverstoord buiten aan de koffie zitten, terwijl zijn maten bij gebrek aan proviand de koelkast van ‘de buren’ leeg roven. “Because we cannot answer with dry throats”, dat dan weer wel.
– Jojo, hoe zit dat met die voodoo-outfit die je op het podium draagt? Je hoed heeft wel wat weg van die van Keith Richards die hij droeg tijdens Anton Corbijn’s beroemde fotosessie in 1994.
Jojo: Nou ik wil niet direct beweren dat ik Keith zijn stijl kopieer maar …
“… nee hij bewondert mij gewoon heel erg, ha ha!” valt drummer Stephen hem in de reden. Om vervolgens aan zijn maat Jojo te vragen: “Wat heeft die voodoo-hat eigenlijk gekost Jo?”
Jo Jo: … iets van 200 pond geloof ik, maar ik heb hem met de kerst van mijn vrouwtje gekregen hè. Heeft verder geen diepere betekenis hoor.
– What ís eigenlijk een Hokie Joint?
Joel: Een ‘hokie’ is een ‘rebel yell’, een geestelijk gezang zeg maar, en een ‘joint’ is een ander woord voor een bar of een plek ergens …
Stephen: … of een pretsigaret ha ha!
Giles: En het is ook de mascotte van een universiteit in Virginia geloof ik maar dat heeft weer niets met ons te maken. Jojo heeft de naam bedacht, het klink gewoon lekker ‘catchy’.
Jojo: … yep, ook geen diepere betekenis.
– Jullie hebben duidelijk niet dit vak gekozen voor het geld en de meisjes. Waarom spelen jullie eigenlijk blues gerelateerde muziek die over het algemeen gewaardeerd wordt door kalende en grijze mannen (zoals wij) van middelbare leeftijd?
Giles: Wat bedoel je met ‘duidelijk’?! Geven wij soms verkeerde signalen af? Ha ha.
Stephen: “For the Glorie!”
Jojo: (serieus) ons eigenlijke doel is om deze muziek voor een zo breed mogelijk publiek te spelen en niet alleen voor een bepaalde soort mensen, bijvoorbeeld die jij noemt. Je hebt vandaag ook kunnen zien dat er een zeer gemêleerd publiek aanwezig was, jong en oud door elkaar en dat trekken we blijkbaar toch aan.
Joel: Onze muziek is ook meer een cross-over van stijlen, niet alleen blues maar ook rockachtige en zelfs punkachtige dingen.
Giles: We zijn allemaal wel bluesmuzikanten maar na het samenvoegen van die vijf individuen tot een totaal, krijg je toch een som die géén blues genoemd wordt…
Stephen: … wij noemen dat blues-based groove!
Joel: De nummers die we schrijven zijn ook niet bedoeld om een gitaarsolo van 20 minuten of een mondharmonicasolo van 10 minuten in te spelen het is eigenlijk meer popmuziek met al dan niet een boodschap die Jo er op zijn beurt weer inbrengt, maar “the song first, and then whatever…”
– Jullie sound is erg eigen maar er klinken overduidelijk ook invloeden in door, met namen toch de Rolling Stones waar Stephen nogal gek van is…
Stephen: (achteloos) “No, I can’t stand them, whehe …” (hij lacht zelfs zoals Keith).
Giles: Yeah, Stephen ís gewoon Stones, in zijn levenstijl en in zijn muziek daar kunnen we niet omheen.
– Jojo, over je zangstem: toen ik een baby was kreeg ik moedermelk, wat voedde jou moeder je?
Jojo: Moutmelk. Met graanalcohol erin want daar sliep ik lekker van. Nee hoor, mijn moeder heeft me goed opgevoed. En in september hoop ik zelf vader te worden van een Jojo junior of baby-Jolyne, hem of haar gaan we net zo goed opvoeden als mijn moeder mij heeft gedaan. En ja, die stem heb ik al sinds m’n 5e jaar of zo, ik heb begrepen dat ik toen ook al kleutermeisjes de stuipen op het lijf joeg, dus. Later hebben zangers als Howlin’ Wolf, die deze week 103 jaar was geworden, en Tom Waits veel indruk op me gemaakt. Misschien heeft het er mee te maken en ga je toch onbewust iets van ze overnemen, zou kunnen. Ian Siegal heeft dat ook, en hij is een vriend van ons die mij als zanger ook zéker heeft beïnvloed.
– Wat is het grootste festival qua bezoekers waar jullie ooit hebben gespeeld?
Stephen: Peer 2009, op zeker!
Joel: Op de poster samen met Steve Winwood, Jeff Beck, John Mayall en Joe Bonamassa …
Jojo: … en John Fogerty!
Joel: Zeker. We speelden daar vroeg in de middag en waren doodmoe, hadden maar twee uurtjes gepit of zo. Eenmaal op het podium was het één van de mooiste uren van mijn leven …
Giles: En we mochten ook niet weg hè want het publiek bleef na de toegift maar roepen om meer.
Jojo: Waarschijnlijk ook door toedoen van Dave Arcari die voor ons speelde, hij is een Schotse rockabilly bluesgitarist met punkroots. Die man kan een groot podium in zijn eentje heel klein laten lijken.
Stephen: “He’s the best crowd-pleaser there is!”
– Jullie zijn bevriend met hem?
Jojo: “No I can’t stand the bloke!”
Stephen: Whaha ha …
Jojo: Ja, hij is te gek! Onthoud die naam: Dave Arcari, “great guy!”
– Van de ‘Chocolate Cake’ naar ‘Watch What We Eat’… zijn jullie soms op dieet?
Jojo: (melig en quasi formeel) We zijn erg bezorgd over de toestand van de natie en de manier waarop men zich verwaarloosd, ook hier in Holland: ik heb wel eens een olifant zien vliegen maar had nog nooit een Eland een varken zien eten, maar vanmiddag dus wel (de rest van de band ligt in een deuk).
– Hoe belangrijk zijn songtitels voor jullie liedjes?
Joel: De titel moet wel min of meer de inhoud van het lied aanduiden en pakkend klinken maar het hoeft niet altijd. Zolang het maar niet ’song 1′, ’song 2′ enzovoorts als titel draagt, dan wordt het echt saai.
Jojo: “Mister Fergie Fulton enters the room!” (bassist/chauffeur Fergie heeft tot die tijd buiten koffie zitten drinken terwijl de vier Hokie’s hier zich tegoed doen aan de biervoorraad die eerder uit de kleedkamer van The Rhythm Chiefs werd weg geroofd).
– Ik las in een interview dat jullie altijd nat zijn: zweten op het podium, drinken buiten het podium en tussendoor af en toe een douche pakken. Wat zijn de droge momenten in jullie leven ‘on the road’?
Giles: Nou, een frisse douche óp het podium zou soms ook niet gek zijn hoor!
Jojo: het enige droge moment is als we na de show met het raam open naar huis rijden denk ik …
Stephen: Het moet vochtig zijn man, niet nat of droog! “It’s gotta be moist man!” (Stephen is ook de enige van de vijf die geen speciale stage clothes heeft en gewoon in zijn dagelijkse kloffie blijft rondlopen).
Joel: Weet je, als er niet wordt gezweet op het podium dan zou onze werkwijze niet goed zijn, om het zo maar eens uit te drukken.
– In een eerder interview met jullie maat Ian Siegal stelde ik een vraag over de cocktail ‘Keith Special’. Hij antwoordde: “daar zeg ik niets over, vraag dat maar aan de jongens van Hokie Joint als je ze gaat interviewen!” Dus, zeg het maar!
Stephen: “Yeah that’s it man!”
Jojo: Oké ik geef je mijn recept van de ‘Jojo Special’ speciaal voor zangers: een groot glas heet water, een scheut cognac, een scheut rum, een scheut wodka, een theelepel honing en wat citroensap. En je krijgt een stem zo warm als vuur.
Giles: Voor een optreden in Frankrijk was Jojo niet helemaal lekker bij stem en toen zijn we eens gaan experimenteren met cocktail shakes en bij deze combinatie zij hij: “dat is ‘em!” Sindsdien drinkt hij het.
Stephen: Ik drink het al 20 jaar!
– Hebben jullie ook wel eens opgetreden met Ian Siegal?
Giles: Ja, Ian en ik kennen elkaar al meer dan 20 jaar. Ik heb ook meegedaan aan de opnamen van de ‘Meat & Potatoes’ CD in 2005, dat was gaaf.
– Ian was inderdaad bijzonder complimenteus over jou bluesharpspel Giles. Hij vind jou de beste in z’n soort in Europa, zei hij!
Giles: (bescheiden) Sorry? Zei hij dat over mij? Dat is zelfs na al die jaren nog vleiend!
– In de ‘Let The Music Play’ albumrecensie, vergeleken we je bluesharpspel met de Magic Dick-sound (Richard Salwitz van de J. Geils Band). Kan jij je daarin vinden?
Giles: Uhh, jazeker. Nou eigenlijk heb ik me min of meer laten leiden door de stijl van Mark Feltham, een Engelse sessiemuzikant en harmonicaspeler, ondermeer bij Nine Below Zero. Hij was wél weer erg beïnvloed door Magic Dick van de J. Geils Band, dus dat klopt wel.
– Jullie zijn nu een jaar of drie samen als Hokie Joint. In Nederland hadden we in de afgelopen jaren ook een paar veelbelovende blues bands, maar na een paar jaar vielen ze weer uit elkaar. Hoe denken jullie dit langere tijd vol te kunnen houden?
Joel: We proberen in ieder geval actief te blijven door steeds maar weer songs te schrijven. En vervolgens dat nieuwe materiaal weer fris van de lever op de podia live te spelen. Zo blijf je er zelf ook nauw bij betrokken. Je leert door veel live te spelen elkanders podiumgewoontes ook beter kennen door de interactie die er is, of door simpel oogcontact met elkaar …
Stephen: … het zesde zintuig wordt dan ingeschakeld. Maar we doen het natuurlijk hoofdzakelijk voor het publiek, als je die menigte hoort juichen, kan je er wel weer een poosje tegenaan hoor, “we’re playing on the edge!”
Joel: Je moet wel samen kunnen werken en leven, die paar uur ‘on-stage’ zijn juist de makkelijkste. Vaak zijn het ook de bekende oorzaken die buiten de optredens plaats vinden, waarom een band uit elkaar valt …
Giles: Vrouwen!
Stephen: Babies! Ha ha.
Jojo: Het meest waardeloze is als je een richting kiest en het blijkt de verkeerde richting te zijn.
Giles: Zoals jij Jo? Ha ha! Nee, het belangrijkste is gewoon dat je plezier hebt in wat je doet.
– Er zit een behoorlijk leeftijdsverschil tussen jullie onderling. Hoe hebben jullie elkaar eigenlijk ooit ontmoet?
Jojo: Nee joh, we zijn allemaal 21 hoor, ha ha.
Stephen: Eigenlijk kwam ik Joel tegen op een dating site, we raakte aan de praat en spraken ergens af om te gaan jammen. Hij nam Jo mee, een week later nam ik Fergie mee, vervolgens kwam Giles erbij en voor we het door hadden ontstond er een band. We hadden al snel door dat het nogal apart was wat we deden en zijn vanaf het begin al eigen nummers gaan schrijven. Sterker, ‘The Way It Goes’ is ontstaan uit één van die eerste repetities.
– En zo danste jullie ineens samen de Hokie Pokie?
Jojo: “We’ll put our left leg in, we’ll put our right leg in and shake it all about….”
– Oh je kent het Jojo?
Jojo: Tuurlijk! Wij noemen het de Hokey Cokey.
Stephen: Het is een internationaal bekende groepsdans die in alle Engels-sprekende landen weer anders heet: Hokey Pokey, Hokey Cokey, Hokey Tokey, Okey Cokey, Cokey Cokey, noem maar op. Maar op YouTube worden ónze filmpjes wel meer bekeken dan al die Hokey-dansjes hoor!
– Wat doen jullie zoal om je te ontspannen in je vrije tijd wanneer je niet met muziek bezig bent?
Stephen: Ach, de één werkt en de ander maakt baby’s, ha ha.
Joel: Gewoon wat andere mensen ook doen, relaxen, uitrusten, ontspannen, socializen … ook hier in Holland hebben we vrienden dus wij vermaken ons best tijdens een trip.
Jojo: En we moeten allemaal gewoon werken om de rekeningen te betalen hè, dus toeren ís voor ons ontspannen bezig zijn in onze vrije tijd.
Giles: Maar stuk voor stuk hebben we ook erg veel op moeten geven om dit te kunnen doen hoor, we hebben het ervoor over.
En sport? Als ik vraag: hoe doet Colchester United FC het momenteel?
Joel: Ja die doen het helemaal niet slecht momenteel hoor…
Stephen: Maar niet zo goed als Tottenham Hotspur!
Joel: … ik ben er al een tijdje niet meer geweest maar vroeger woonde ik naast het oude stadion aan Layer Road.
Jojo: Ik ben ook een keer naar het voetballen geweest, dat was best een leuke dag … met veel sterke drank.
Oké, oké, muziek dan maar weer: wie of wat was de laatste blues act waarvoor je betaald hebt om ze te zien optreden?
Stephen: The Rolling Stones! Hun laatste optreden tot nu toe in de O2 Arena Londen 2008. En de eerste keer dat ik ze zag was in 1963, ook in Londen in een ballroom geloof ik.
Joel: Ja, dat was ook mijn laatste … in 2008 dan hè.
Giles: AC/DC
Jojo: Of het de laatste was weet ik niet precies meer maar ik heb nog niet zolang geleden singer-songwriter en akoestisch gitarist José González live zien optreden, “very cool”.
Joel: Op dit soort festivals zien we natuurlijk ook veel goeie artiesten hè, ik noemde al Steve Winwood maar ook bijvoorbeeld The Fabulous Thunderbirds of Dana Fuchs. Die waren eveneens te gek!
Is er iets of iemand waardoor jullie recentelijk echt van over de zeik zijn gegaan?
Joel: Jo.
Giles: Jo.
Stephen: Jo.
Jojo: Palestina.
– Joel, Whisky of bier?
Joel: Uhm … heel veel bier. Maar een whisky op z’n tijd is ook lekker.
Giles: Jack Daniels!
– Nee Giles, jij krijgt een ander vraag, Steven Seagal of Ian Siegal?
Giles: Welke Steve? Ian natuurlijk! Ik geef weinig om films en Ian ken ik al zo lang. Ik ontmoette hem tijdens een jam in een Londense club The Arms genaamd of zoiets. Daar is toen zoveel moois op muzikaal gebied uit voort gekomen; Matt Schofield, Ian Siegal en ga zo maar door.
– Jojo, Freddy Mercury of Tom Waits?
Jojo: Goeie vraag, laat me nog even aan het script werken hiervoor.
– Fergie, The Way… (It Goes…) of The Music… (Starts To Play)?
Fergie: ‘The Music Starts To Play’, want die verkopen we momenteel.
– Stephen, Ribs or Blues?
Stephen: “Ribs any day.” Dames ribben en heupen! “I like this Hips & Booze festival, you know any girls around here?”
– Jojo?
Jojo: Ik zeg toch Tom. Hij heeft me met betrekking tot Hokie Joint meer beïnvloed dan Freddy.
– Mannen bedankt voor dit vraaggesprek en bedankt voor het biertje.
Stephen: “Oi! Ya wanna beer?!” (en de Jupiler biertray krijgt een gooi onze kant op).
Jojo: We dachten we geven die boys na het interview pas een biertje, anders zijn ze te dronken om het interview te doen. Want wij willen natuurlijk wel dat jullie serieus overkomen, whaha ha!
En de mannen van Hokie Joint gaan, net als 2 jaar geleden, op in de menigte van het festivalterrein. De BBQ dampen en de zweet- en bierluchten tegemoet. “Want het moet vochtig zijn man, niet nat of droog!”
Dit interview op:
www.bluesforum.nl
www.thebluesalone.nl
CoolBuzzFoto’s Ribs & Blues 2011:
Hokie Joint is great love the intervieuw!! Sorry I mist you guys!
Mooi verhaal. Met plezier gelezen.
Dankie van Frankie