Exclusief interview met Ian Siegal voor: The Blues Alone? door: Giel van der Hoeven, met foto’s van: Arjan Vermeer © (& stock) tijdens het Highlands Festival op 27 mei 2011.
– Hi Ian, zullen we er een bakkie koffie bij nemen?
“Too much coffee man!” Wat wil je me hier aandoen?! Hi, hoe gaat het ermee?
– Goed, maar hoe gaat het met jou? Lekker live optreden trouwens zojuist hier op het Highlands festival.
Dank je. Het gaat goed man!
– Wat is dat met die koffie: je staat met 2 kopjes koffie op het podium te pronken en ik hoor je vanavond zeggen dat je alleen nog maar espresso drinkt?! Het is hier dan wel een gesponsord festival maar wordt jij soms persoonlijk gesponsord door Starbucks?
Nee, door Nescafé. Op je gezondheid man! (en Ian steekt er een peuk bij op).
– Ha ha, ongetwijfeld. Wij hebben elkaar eerder ontmoet en…
Ja dat klopt, mooie foto’s man! (Ian richt zich tot TBA? fotograaf Arjan) en ik heb de CD review van jullie ook gelezen, iemand heeft het voor me vertaald (:-p) “Great”.
– In de afgelopen drie jaar hebben we je ook zien spelen in De Boerderij Zoetermeer. Persoonlijk vond ik die gig daar in december 2008 je beste tot nu toe.
Bedoel je daarmee dat al die andere erna waardeloos waren?
– Nee hoor, ha ha…
Maar inderdaad, ik herinner me dat optreden ook nog, het was de laatste van de tour toen en we speelden geloof ik wel drieëneenhalf uur die avond, zeer speciaal! Het is altíjd bijzonder daar met gastmuzikanten als Wesley (Big Blind) en Dusty van de Rythm Chiefs die toen ook meededen. Ik heb daarom toch wel een speciale band met Nederland en de fans hier ja.
– Hoe doet je nieuwe album opgenomen in Amerika samen met The Youngest Sons ‘The Skinny’ het?
Verbazingwekkend! De recensies zijn ongelooflijk goed, beter dan ik had verwacht. Ik wist dat het een goed album was, daar was ik van overtuigd, maar dat het zo’n vaart zou nemen… Wat ik niet verwacht had in de UK is dat de CD in Uncut Magazine, Mojo-, en Q Magazine niet in de blues sectie maar in de ‘main music’ sectie werd geplaatst – out of the blues – waardoor die véél meer aandacht kreeg dan mijn vorige CD’s.
– En dat wilde je?
Nee, niet echt, het maakt me eigenlijk geen zak uit! Maar het blijft verbazingwekkend!
– Vanavond viel me weer eens op dat je een meester bent in het live mixen van blues in funk en soulmuziek. Bijvoorbeeld je eigen track ‘Hard Pressed’ liep vlekkeloos over in het funky ‘Sign Of The Times/Get Off’ van Prince.
Maar tóch is het allemaal blues. Alles heeft zijn oorsprong in de blues en ik improviseer vaak spontaan op het podium. We hebben de afgelopen vier jaar niet meer gerepeteerd dus het is altijd spontaan wat we doen. De band weet vaak niet eens wat ik ga doen, zo blijft het spannend en swingend.
– Je leek ook opgelucht dat je vaste drummer Nikolaj Bjerre – die tijdelijk werd vervangen door Matt Schofield’s drummer Evan Jenkins – nu weer terug was, klopt dat? Is hij een Zweed?
Nee Deens, hij is even ziek geweest. Maar ze zijn allebei oké hoor, ik speel veel samen met Nik daardoor lijkt het gewoon vanzelfsprekend en relaxed.
– Niet op de festivals maar wel in de clubs speel je soms de nieuwe ballade ‘The Fear’…
Oh ja, is dat zo?
– Uh.. ja, ík heb het in elk geval op 30 maart in de Boerderij gehoord! (Ian gniffelt, eigengereide opmerkingen blijken een onderdeel van zijn zwarte humor te zijn).
Je zei daar op het podium dat dit het beste nummer is dat je in 17 jaar tijd geschreven hebt. Waarom staat het dan niet op je nieuwe album ‘The Skinny’?
Het wordt binnenkort op single uitgebracht, samen met nog een song die ik toen in een aparte akoestische sessie heb opgenomen. Het paste gewoon niet op dit album, té country-achtig.
– Een Johnny Cash-achtig liedje vond ik.
Dat mag je vinden hoor, “it’s the same area”. Johnny Cash ‘The Man in Black’ staat hier ook op mijn arm getatoeëerd, één van mijn vele idolen. (Ian rolt zijn rechter mouw omhoog en toont trots de enorme tronie van de country legende).
– Over die tatoeages: wat vind jij van ‘tattooed ladies’?
Ik ben niet zo dol op getatoeëerde dames eerlijk gezegd, ik ben daar nogal ouderwets in. Maar ik denk dat tatoeages mij wel goed staan ha, ha!
– En de gelijknamige live track van Rory Gallagher, Tattoo’d Lady van Irish Tour ‘74?
Ik begrijp waar je heen wilt en moet je eerlijk zeggen: dat album heb ik nog nooit beluisterd! Ik weet dat ik veel met hem wordt vergeleken en hij was goed. Ook een blanke jongen die de blues speelde met gevoel, en aanvankelijk óók in een powertrio (Taste), daar komt het vandaan denk ik. Maar hij heeft mij niet direct beïnvloed, mijn voorkeur ging uit naar de generatie daarvoor; Muddy Waters, Howlin’ Wolf, Bo Diddley, Chuck Berry en ga zo maar door. Maar het is een eervolle vergelijking hoor, in fact hij heeft vast dezelfde invloeden gehad als ik waarschijnlijk.
– Is dat de ‘Keith Special’ waar je het vaak over hebt? Wat is het recept ervan eigenlijk? (Ian nipt inmiddels van een geelkleurig drankje)
Grin… “is this on record?” (neemt nu een grote slok) “ehh… this is orange juice!”
– Alleen orange juice?
“Orange juice!!” (nog een slok).
– Noem het dan nooit geen ‘Keith Special’ meer! Keith zal dat niet leuk vinden.
Wha ha! (buldert het uit), maar Keith drink niet meer, net als ik. Ik drink ook niet meer.
– De Stones gaan waarschijnlijk toch weer toeren volgend jaar, ook een band waardoor je bent beïnvloed?
Heel erg, voornamelijk door Keith, zijn slaggitaarspel is fantastisch. Maar allemaal hadden ze een gigantische invloed op me, juist het ‘ensemble playing’ maakt hun zo goed. Dus niet speciaal de songs, de teksten of hun stijl maar juist die éénheid als band. Er zitten niet echt leiders of solisten in de Rolling Stones wat mij betreft, maar met zijn vieren zijn ze ijzersterk. Voornamelijk met live optredens, “one sound all together!” Ik hoop dat wij er met de Ian Siegal Band een beetje bij in de buurt komen. Zelf ben ik ook niet echt een lead guitar player zoals Eric Clapton, Rory Gallagher of dat soort gasten, maar juist als trio moeten we sterk staan vind ik.
– Als je geen gitarist zou zijn geworden, wat had je op dit moment dan gedaan denk je?
Geen idee. Ik kan niets anders, dit is het gewoon. En ik ben pas begonnen met gitaar spelen toen ik 18 jaar was hé! Ik zong al wel in bandjes vanaf mijn 16e jaar, dat wel. Achteraf had ik wel eerder gitaar willen leren spelen hoor, maar goed ik heb me nu voorgenomen tot mijn dood ermee door te gaan, “I love my job!”
– Ik ga nu even op mijn vragenlijstje spieken want ik weet niet alle vragen uit mijn hoofd…
Ga je gang, want ik weet ook alle antwoorden niet (droog).
– Is er een songtekst of een dichtregel die heel speciaal voor je is?
Wow! Er zijn er zoveel! Als je het me morgen zou vragen krijg je een ander antwoord als dat je het me gisteren had gevraagd. Vandaag hoorde ik Bob Dylan’s ‘Hurricane’ weer eens, ik luister de laatste tijd weer veel naar Dylan en al zijn teksten zijn ongelooflijk goed. Ehh… eigenlijk is dit een onmogelijke vraag om te beantwoorden, er zijn er teveel.
– Bob Dylan is afgelopen dinsdag 70 jaar geworden, je kent je klassiekers want jullie speelde als eerbetoon aan hem: ‘Like A Rolling Stone’…
Jha… dat was voor ons óók onverwachts hoor! Ik zou een andere song als toegift spelen maar iemand in het publiek riep: “Yeh, do that Dylan song!” We keken elkaar aan en speelde toen ‘Rolling Stone’ (hij grijnst) en niet ‘Billy’ van Pat Garrett & Billy the Kid wat men van ons gewend is en hij waarschijnlijk verwachtte.
– Hoe zit dat met Elizabeth Taylor…
Wha ha ha!
– … want de laatste optredens zagen we de Ian Siegal Band als een trio, en nu deed toetsenist Jo Glossop (Ian noemde hem gekscherend “Liz Taylor”) als gast mee. In het verleden traden jullie ook als een kwartet op en dat stond mij eigenlijk wel aan.
Het zit zo: Jo is een goede vriend van me, hij speelde in de programmering voor ons met zijn band Saint Jude vanavond, die ook erg goed zijn trouwens. En ik kreeg hem dus zover om een paar nummers mee te doen op de keyboards. Dáárom was het ook logisch voor ons om dié Dylan song te spelen want we hadden nu de herkenbare Hammond sound erbij.
– Ian, you don ‘t fall of the wagon anymore? (titel van een Siegal Band bootleg en een Engelse uitdrukking voor heel erg dronken worden!)
Nee! Geen commentaar, dat zijn mijn zaken (hij neemt meesmuilend weer een fikse slok van zijn ‘Keith Special’).
– In september ga je in de UK toeren met Wilko Johnson, de voorman van de Britse rhythm and blues band Dr. Feelgood, bekend in de jaren zeventig. Hebben jullie iets speciaals in petto en ben jij dan de ‘Milk’ en is hij de ‘Alcohol’?
Ha-ha, ik ben de alcohol in zijn melk whaha! Maar ‘Milk and Alcohol’ is inderdaad een geweldige song van Dr. Feelgood! Maar, wederom geen band welke een speciale invloed op mij heeft gehad. Maar het is wel een eer dat hij mij tijdens hun tour als zijn support heeft gevraagd hoor.
– Support? Jullie zijn nu toch geen voorprogramma meer zeker?
Blijkbaar in Engeland nog wel. Maar de werkelijke reden is dat de mensen die voor Wilko komen niet echt blues publiek zijn maar Dr. Feelgood publiek. Wilko is altijd een steunpilaar voor de pubrock beweging gebleven. Voor ons is het goed dat we door zoveel mogelijk muziekliefhebbers op diverse locaties gezien en gehoord worden. En we zullen ongetwijfeld ook samen nog het podium delen hoor! Want Dr. Feelgood’s stijl is ook gewoon op de blues gebaseerde muziek, “blues-ish” zo je wilt. Ik kijk er erg naar uit in ieder geval!
– Welke vraag kan ik je beter niet stellen, maar ga ik toch doen na je volgende antwoord?
Een belachelijke vraag! Dat heb je bij deze gedaan dus. En de ‘Keith Special’ vraag had je ook beter achterwege kunnen laten (quasi boos).
– Op het komende Ribs & Blues Festival doen wij een interview met de Engelse bluesband Hokie Joint, jullie kennen elkaar, wat vind je van ze?
Ik heb ook twee keer op Ribs & Blues gespeeld, “great festival!” De Hokie Joint mannen zijn allemaal goede vrienden van me. Met Giles heb ik samengespeeld, hij is de beste bluesharp-speler van Europa, of in ieder geval van Engeland. En om op je vorige ‘belachelijke vraag’ terug te komen: vraag hún maar over de ‘Keith Special’, ha ha! Of nee… vraag maar wat hun invloeden zijn? Of wat de blues is? Of nee… wat is jullie favoriete kleur? Ha ha, een interview kan soms doodsaai zijn maar niet met JoJo & co vermoed ik, evenals hun optredens. Doe ze maar de groeten!
– Een dame van de catering komt ons cynisch genoeg vragen of we nog koffie willen? En ondertussen zet een collega van Blues Moose als ludieke actie een flesje Jägermeister tussen ons in op tafel –
Ian roept: “geen koffie meer voor mij, juffrouw! Ik heb al 12 dubbele espresso’s op en mijn hartslag is momenteel 180 bpm.” De kruidenlikeur wordt ogenschijnlijk door hem genegeerd.
Blijkbaar ben je gek op kekke schoenen want op twee van je albumcovers (Swagger and The Skinny) staat schoeisel afgebeeld. Waar gaat je voorkeur naar uit: Blue Suede Shoes? (Carl Perkins) of: Who’s Gonna Fill Those Shoes? (Buddy Guy)
Ha ha, songtitels met een vraagteken. En jullie website heet toch ‘The Blues Alone?’ met een vraagteken? Nee, ik speel niet ‘the blues alone’, uitroepteken! Alles komt voort uit de blues maar het is nooit alleen maar blues, ik bedoel het is funk, soul, rock, rhythm & blues, country, al die dingen. De blues heeft zich als muziekstijl altijd ontwikkeld, als je naar vroeger kijkt hoe het is veranderd van de jaren twintig tot de jaren vijftig, “a hell of a lot!” En de enige reden dat ze het vanaf eind jaren vijftig dus soul of rhythm & blues of rock and roll zijn gaan noemen is omdat het ook verkocht moest worden, aan de kinderen van de eerste bluesliefhebbers. Alleen om het modieus te maken dus! Soulmuziek was gewoon blues en je kent vast de uitdrukking: “The Blues Got A Baby And They Called It Rock & Roll”, een mooi liedje van Muddy Waters trouwens, én gelijk een antwoord op je schoenenvraag. Blues liedjes in een mooie snit, functioneel en we kunnen niet meer zonder.
Ik vind het trouwens wel interessant als je voor brave bluesfans country muziek speelt, vinden ze er vaak niks aan. Maar als je voor diezelfde mensen rockmuziek maakt vinden ze het té gek. Maar rock ligt net zover van de blues verwijdert als de country, alleen in verschillende richtingen. Sterker, country muziek ligt dichter bij de blues dan rock-rock, zoals dat bekend is geworden door Bon Jovi en Van Halen en zo. Opvallend genoeg staan bluesfestivals dát soort bands wel toe en geen country muzikanten, dat vind ik wel frappant. Daarom probeer ik die stijlen óók vaak te mixen in onze live shows.
– En ook voor de typische singer-songwriters heb je duidelijk een voorkeur, in je clubshows speel je vaak songs van Dylan en de laatste keer bijvoorbeeld zelfs vier nummers van Warren Zevon!
Ja, je hebt gelijk, vergeet die uitleg over genres zoals blues, country en rock maar. Het gaat gewoon over liedjes! Liedjes met gevoel. Maar ook met scherpzinnige teksten, satire en humor. Warren Zevon was daar een kanjer in. Frank Zappa zei ooit: “Is there a room for humor in music?” of zoiets dergelijks (’Does Humor Belong in Music?’ is een live album van Frank Zappa). Er hoort natuurlijk passie maar soms ook humor in muziek te zitten, dus vraag jezelf voortaan niet meer af is het blues? soul? rock? Maar vraag je af: spreekt het mij aan? En: is het goed? Dat is mijn slotconclusie.
– En jullie houden de humor op het podium?
Altijd! Wij zijn er om jullie te vermaken. Het gaat er niet om dat je staat te navelstaren op het podium en een gitaarsolo van een half uur speelt. Het gaat erom dat je met je publiek in contact treedt en er muzikaal, verbaal en non-verbaal mee communiceert. Humor is daarbij een goed middel, ik ben iemand die de zelfspot niet schuwt, sarcasme dat is wel erg Engels volgens mij. Jullie Nederlanders begrijpen dat wel maar het is zeker geen internationale manier van communiceren. Want in bepaalde landen waar ik ben geweest moet ik zeker niet al te sarcastisch doen. Maar die landen ga ik je niet noemen anders vragen ze me nooit meer terug voor een optreden, ha! ha!
In de afgelopen weken heb je hier in Nederland op diverse blues festivals gespeeld (Bluezy, Moulin Blues, Kwadendamme, Highlands). Is de Hollandse klei (Dutch clay) vergelijkbaar met andere grazige weiden en moddervelden (muddy waters) op het continent… Met andere woorden: vind je het leuk om op (outdoor) festivals te spelen?
Het maakt mij niet uit waar ik speel man, als we maar kunnen spelen. Al die festivals waren gewoon cool. We hebben nu nog optredens staan in Engeland, Hongarije, Servië, Oostenrijk, België (Peer) en weer terug naar Nederland (Giethoorn) en dan die Engelse tour met Wilko. Kom ook eens in Londen kijken als je tijd hebt, dat ga je leuk vinden in die pubs daar, weet ik zeker (grijns).
– Nou ja, wie weet. Ian bedankt voor dit prettige vraaggesprek, wat ga je nu nog doen?
“Ik ga nu eerst even lekker relaxen na al deze inspanningen!”
En het flesje Jägermeister glijdt alsnog geraffineerd in zijn borstzakje: “I’m nót gonna drink this, I’m gonna give it to somebody else!” En met de zoveelste gemene grijns van de dag loopt hij richting zijn kleedkamer.
Mooi interview mannen… Toppie!!
Prachtig interview en wederom bijzonder fraai fotowerk!